Winkelmand

Geen producten in je winkelwagen.

Jezelf zijn, maar met grenzen

Jezelf zijn betekent je gedragen zoals jij dat wilt, zoals dat bij jou past, schrijft columnist Manon Bongers. Hoe je je gedraagt, is mede afhankelijk van de situatie waarin je verkeert en van de persoon of personen met wie je te maken hebt. Jezelf zijn is niet altijd even makkelijk.

zelfonderzoek assertiviteit column MT
Foto: Getty Images

Een vraag die veel mensen bezighoudt is: hoe kom ik over op anderen? Je hoopt dat ze een positief beeld van jou hebben, vaak heeft dit te maken met persoonlijkheidskenmerken zoals sympathiek, betrokken, aantrekkelijk, intelligent, vriendelijk, ontspannen, zelfverzekerd, vakkundig en betrouwbaar zijn.

Robbert volgt sinds vier maanden een coachtraject bij mij. Eens in de vier weken heeft hij een coachsessie bij mij, waarbij we gericht met zijn leerdoelen aan de slag gaan. Tussentijds krijgt hij praktijkgerichte opdrachten mee. Voor Robbert is het belangrijk om behulpzaam en betrokken over te komen. Omdat hij merkt dat hij met regelmaat niet toekomt aan zijn eigen werk en zich ergert aan het in zijn ogen onverantwoordelijke gedrag van zijn medewerkers en collega’s, heeft hij contact met mij gezocht.

Zijn doelen zijn onder andere: de verantwoordelijkheid daar laten waar die hoort, en eerst nadenken, contact maken met zijn gevoel en dan doen, in plaats van klakkeloos ja zeggen als iemand iets aan hem vraagt. Hij wil bewuste keuzes maken en zijn grenzen aangeven.

Nieuw gedrag

De afgelopen coachsessie deelde hij een van zijn positieve leerervaringen met mij, waarbij hij heeft geoefend met voor hem nieuw gedrag. Zijn collega Dorien had hem gevraagd om mee te gaan naar een belangrijke afspraak met een klant waarmee een deal gesloten kon worden. Dorien vond Robbert door zijn sociale vaardigheden en zijn overtuigingskracht beter dan zijzelf in staat om de klant over de streep te trekken.

Robbert voelde zich gevleid door haar compliment en zou voorheen direct ja gezegd hebben. Nu nam hij een moment bedenktijd, waardoor hij zich realiseerde dat hij niet mee kon naar deze afspraak; zijn agenda liet dat niet toe. Dorien accepteerde dat en stelde voor om Bart te vragen. Robbert had een tevreden gevoel over zijn assertieve gedrag. Hij had gehoor gegeven aan zijn eigen behoefte en gedaan wat hij echt wilde: tijd besteden aan zijn eigen prioriteiten en geen verantwoordelijkheden van anderen naar zich toe trekken.

Overtuigingen

Robberts overtuiging die ten grondslag lag aan zijn oude gedrag was: ‘ik ben oké als ik het anderen naar de zin maak’ en ‘ik ben waardevol als ik voldoe aan de verwachting die anderen volgens mij van mij hebben’. Er was een voorwaardelijkheid in zijn gevoel van eigenwaarde besloten. Vanuit deze overtuiging zei hij ja tegen de ander en nee tegen zichzelf. Hij had vroeger geleerd om gehoor te geven aan de behoeften van de ander en zichzelf in de steek te laten. Dit gebeurde niet incidenteel, maar structureel.

Door het oefenen met zijn nieuwe, assertieve gedrag merkte hij dat anderen begrip voor hem hadden en rekening met hem gingen houden. Hij stelde zijn overtuiging bij: ‘Ik ben belangrijk’, ‘Ik mag behoeften hebben en hier gehoor aan geven’ en ‘Ik mag voldoen aan mijn eigen verwachtingen.’

Zelfonderzoek

Als je sociaal wenselijk gedrag vertoont ten koste van jezelf en iets doet waar je niet achterstaat, houd je een ontevreden gevoel over. Doe je wat je echt wilt en waar je achterstaat, dan houd je een tevreden gevoel over. Wat wil jij echt doen? Waar sta jij achter? Wat is belangrijk voor jou? Welke waarden drijven jou? Gun jezelf dit zelfonderzoek en kom in actie als dat nodig blijkt!