Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

“Matig in Engels? Geen internationaal manager worden!”

Twee derde van de Europese bedrijven wil wereldwijd beter samenwerken en efficiënter werken. Vandaar dat de vraag naar managers toeneemt, zoals blijkt uit de Monster Employment Index. Professor internationaal management aan de universiteit van Tilburg, Niels Noorderhaven: “Zonder Engels maak je geen kans.”

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Het etiket ‘internationaal manager’ dekt verschillende ladingen. Noorderhaven vertelt dat deze managers afhankelijk van de situatie moeten werken. “Je kunt vanuit Nederland internationaliseren binnen de context van een Nederlands bedrijf. Dan zijn er weinig cultuurverschillen. Heel anders is het bij een buitenlands bedrijf. Als het bedrijf in Nederland zit, dan worstel je met de brugfunctie om dingen die in Nederland heel gebruikelijk zijn. De derde optie is als Nederlander in het buitenland werken voor een buitenlands bedrijf, dan heb je helemaal geen vaste grond onder de voeten. Maar dit komt bijna niet voor, alleen de echte toppers, maken internationaal carrière.”

Gevoelig met taal
“De taal wordt het meest onderschat,” legt Noorderhaven uit. “Bij de meeste Nederlanders is het Engels niet zo goed als ze zelf denken. Het beste gaat het met andere non-native speakers. Als beiden op dat gebied gehandicapt zijn, dan steken Nederlanders er meestal met kop en schouders bovenuit. Maar als ABN Amro bijvoorbeeld samen zou gaan met Barclays, dan moet alles in het Engels. En zeker Engelsen zijn heel gevoelig met hun taal.”

Kort mailtje
Nederlandse managers moeten zich volgens Noorderhaven goed realiseren dat ze een onderliggende positie hebben als ze met native speakers spreken. “Dat kun je oplossen door heel hard te werken, veel oefenen en kijken hoe anderen het doen. Het gaat hierbij niet alleen puur om de taal, maar ook om de verpakking. Om wat je wel en niet zegt. In Nederland is het bijvoorbeeld heel normaal dat je een kort mailtje stuurt naar je baas. Maar als je dat in Frankrijk doet, gaan de haren van de baas overeind staan.”

Eigen bril
Noorderhaven signaleert nog een probleem: “Vaak wordt iets dat gewoon is in je eigen land, als maatstaf gebruikt voor wat anderen doen. Bijvoorbeeld Amerikanen die zeuren dat bij hun thuis alles anders en dus beter is. Het is onverstandig om alles door de eigen bril te bekijken. We nemen niet de moeite om van dingen die we onlogisch of belachelijk vinden uit te zoeken waarom het zo is.” Daar moet je mee opletten, stelt Noorderhaven. “Dat wekt irritatie op. Op een gegeven moment wordt het dan onmogelijk voor managers om hun taken uit te voeren.”

Walhalla
Iemand die net begint als internationaal manager heeft volgens Noorderhaven vaak een te groot enthousiasme. Vervolgens wordt dat getemperd en loopt hij het risico door te slaan naar de negatieve kant. “Ze moeten zich realiseren dat er voors en tegens zijn, dat het niet alleen een walhalla is.” Noorderhaven noemt nog even de twee belangrijkste eigenschappen die een goede internationaal manager volgens hem moet hebben. “Hij moet anderen het voordeel van de twijfel kunnen geven en hij moet goed Engels kunnen. Als je dat niet kunt, blijf dan lekker in Nederland.”