Winkelmand

Geen producten in je winkelwagen.

Kooplust op overnamemarkt – de jacht is weer geopend

Na een dramatisch dieptepunt vorig jaar, komt er dit jaar weer actie aan het overnamefront. Er is geld, aanbod en kooplust. In vijf sectoren verklaren we het jachtseizoen voor geopend. 

Het is niet moeilijk om een vergelijking te maken tussen de huizenmarkt en de markt waarin bedrijfsovernames zich afspelen. Na jaren te ­hebben gehad waarin de bomen tot in de hemel leken te groeien, beleefden ze ­beide vorig jaar een wereldwijd dieptepunt. En beide klimmen nu ook weer voorzichtig uit het dal.

Er is evenwel één belangrijk verschil: de bedrijvenmarkt beleeft de ups en downs in veel extremere mate. Raakte je vorig jaar een woonhuis al aan de straatstenen nauwelijks kwijt, als je als bedrijf hoopte op een overname, kon je het helemaal wel vergeten. Het totaalbedrag dat ­wereldwijd in fusies en overnames ­omging, halveerde vorig jaar. Volgens ­onderzoek van de Oeso was dat de ­sterkste daling sinds bijna 15 jaar. In ­Nederland kelderde de totale waarde nog iets harder, berekende ­Overfusies.nl. De SER registreerde vorig jaar zelfs het ­laagste aantal fusies en overnames in 40 jaar, het moment dat de Sociaal-Economische Raad met de registratie van ­overnames begon.

Verlammende mismatch

De belabberde score in 2009 kent meerdere oorzaken. De economische crisis  natuurlijk, die het vertrouwen van álle ­bedrijven schaadde en banken huiverig maakte voor financiering. Maar minstens zo belangrijk was volgens Oscar Kinders van PricewaterhouseCoopers de onzekerheid over het juiste prijsniveau voor overnames. De voorgaande jaren werden ­recordbedragen neergeteld, gemiddeld ruim acht keer de ebitda (brutowinst min bedrijfskosten). Vervolgens ontstond ­vorig jaar een verlammende mismatch. V­erkopers verwachtten nog steeds forse bedragen, terwijl geïnteresseerden die prijzen ineens niet meer reëel vonden. Daardoor kwamen weinig deals tot stand, terwijl er genoeg werd aangeboden en er in principe ook koopanimo was. 

Faire prijs

Maar zie, waar de woningmarkt al voorzichtig de eerste tekenen van herstel meldt, is in overnameland het hek alweer helemaal van de dam. De laatste maanden van vorig jaar kwamen er schoorvoetend wat deals tot stand, dit jaar klaart het overnameklimaat ­verder op, is de algehele verwachting. Zo zijn de verantwoordelijke functionarissen bij Nederlandse bedrijven, zoals M&A-managers en financieel directeuren, ­duidelijk optimistischer dan vorig jaar, blijkt uit een ­recente enquête van PricewaterhouseCoopers (PwC). De ­voorbeelden lezen we dagelijks in de krant: Spyker lijft de ­resten van Saab in, Boskalis koopt na lang touwtrekken sleepbedrijf Smit, Venlo’s ­printertrots Océ valt in handen van ­Canon, Heineken doet een miljardenovername in Mexico, Philips kondigt ‘zeker’ nieuwe overnames aan in 2010 en dan doen we nog maar een kleine greep.

 

Hersteld vertrouwen

Die nieuwe overnamegolf is vooral een kwestie van hersteld vertrouwen. Met name het gevoel voor de faire prijs, zodat verkoper en koper elkaar weer vinden, speelt daarbij een rol, zegt Kinders. “Het komt erop aan dat zich weer een aantal aansprekende transacties voordoen, waaruit de markt een nieuw prijsniveau kan afleiden.” Verkopers lijken inmiddels wat ­realistischer te worden in hun prijsstelling, constateert  ook Roel ter Steeg van Mazars Berenschot Corporate Finance (MBCF).

 

Kooplust

De kooplust van bedrijven wordt aangewakkerd door hun huidige lage omzetgroei, zegt Mark Glazener, beheerder van het Robecofonds. Om de omzet toch op te voeren ontkomen bedrijven niet aan acquisities die nieuwe geografische gebieden of nieuwe producten toevoegen. Doordat afgelopen jaar bij veel bedrijven de kosten zijn teruggeschroefd, is de winstgevendheid bovendien op peil ­gebleven of in elk geval beduidend ­minder hard teruggevallen dan de omzet. Dat betekent dat er nog heel wat spelers zijn met voldoende eigen middelen om overnames te bekostigen.

Ook private-equitybedrijven komen ­volgens de kenners weer in beweging. In 2008 hebben zij wereldwijd nog recordbedragen opgehaald bij institutionele ­beleggers. Om genoeg rendement te ­halen, zal dat geld toch eens geïnvesteerd moeten worden. De hijgerige taferelen van weleer keren waarschijnlijk niet ­terug, maar toch doken eind 2009 alweer de eerste buy-outs op.  

Tafelzilver

Over aanbod valt komend jaar evenmin te klagen. Bij talloze bedrijven komen ­onderdelen los. Sommige ondernemingen moeten noodgedwongen afdelingen verkopen om de balans op te schonen, soms op last van banken of ­andere schuldeisers. Zij verkopen hun ­tafelzilver. Andere bedrijven besluiten strategisch terug te keren naar hun corebusiness en stoten alles af wat daar niet bijhoort. Kinders: “Je ziet dat bedrijven hun strategie steeds sneller herijken, ­zodat er ook steeds sneller onderdelen ­loskomen.”

Daarnaast komt er een stuwmeer van kleinere spelers op de markt. Met de ­pensionering van de babyboomgeneratie zetten ook de ­komende jaren weer veel dga’s hun bedrijf in de etalage. Verder dragen private-equity­partijen volgens Kinders niet alleen bij aan de vraag, maar ook aan het aanbod. In de periode van 2003 tot 2007 hebben zij een enorme hoeveelheid bedrijven opgeslokt, waarvoor uiteindelijk natuurlijk ook weer een exit moet worden gevonden.

Kortom: er is animo, er is geld, er is aanbod. De jacht is geopend. In vijf sectoren gaat het gebeuren.

Energie

Vooral de vraag naar schone energie zorgt voor veel dynamiek in de energie- en nutssector, voorziet Oscar Kinders van PricewaterhouseCoopers. Nieuwe niches ontstaan en het is eenvoudiger de daarvoor benodigde expertise in te kopen, dan het wiel zelf uit te vinden. Potentiële overnameprooien kunnen bijvoorbeeld loskomen bij Shell, dat heeft besloten zich te concentreren op bio-energie en wind- en zonne-energie voortaan links laat liggen.
Ook het gebrek aan organische groei voor grote olieconcerns stimuleert overnames in deze sector, stelt Mark Glazener (Robeco). Oliegigant Exxon Mobil was de enige die tot een jaar geleden de groei op peil wist te houden. Maar ook daar viel de groei in 2009 snel terug. De recente overname van de Amerikaanse aardgasproducent XTO Energy moet dat nu compenseren.
Gingen in 2009 onze eigen Nuon en Essent in Zweedse en Duitse handen over, dit jaar zijn andere Europese nutsbedrijven aan de beurt, verwacht Kinders. Overnamekansen doen zich vooral voor door deregulering, waarbij de netwerkbedrijven worden losgekoppeld van de commerciële bedrijven.


Farmaceuten

De farmaciesector ziet zich dit en volgend jaar geconfronteerd met aflopende medicijnpatenten. Voor vervangende omzet kijken de farmaceuten volgens Mark Glazener van Robeco nu actief om zich heen naar overnamekandidaten. Omdat de ontwikkelingskosten voor nieuwe medicijnen astronomisch zijn, geven synergievoordelen de doorslag, zegt Oscar Kinders van PwC. Kleinere spelers worden dan al gauw opgeslokt.
Vorig jaar was de sector al in beweging, in elk geval in de Verenigde Staten. Toen kocht Pfizer vaccinontwikkelaar Wyeth (voor 68 miljard dollar!) en telde Merck meer dan 41 miljard dollar neer voor branchegenoot Schering-Plough. Dit jaar blijft de overnamelust groot, verwachten de kenners. Zo heeft het Zwitserse Novartis al aangegeven met oogproductenfabrikant Alcon een vette vis aan de haak te willen slaan, voor een bedrag van zo’n 26 miljard euro.

ICT

Dankzij hun flexibele businessmodellen behoren ict-bedrijven vaak tot de eerste die profiteren van een economisch herstel, zegt Ramon Schuitevoerder van MBCF. Dat verklaart waarom ook in de ict-sector veel overnames zijn te verwachten. Veel bedrijven beraden zich nu vast op manieren om hun dienstverlening te verbeteren bij een opverende markt. En het kan hard gaan, omdat ict-bedrijven zich bij uitstek ondernemend opstellen. “Anders dan bijvoorbeeld de conservatieve bouwsector, spelen zij snel in op kansen”, stelt Schuitevoerder. Ondanks de crisis zijn veel spelers in de sector erin geslaagd een goede kaspositie vast te houden, zodat de zakken diep genoeg zijn voor de overnamejacht. Aanbod is er ook voldoende. Zo wijst Oscar Kinders van PwC op kleine innovatieve bedrijven met 20 tot 30 man personeel, die een sprong voorwaarts willen maken. In hun zoektocht naar nieuw kapitaal bieden zij zich vaak gretig aan als overnameprooi.

Voedingsmiddelenproducenten

De voedingsmiddelenindustrie is klaarwakker. Recent heeft zich een aantal sappige deals voorgedaan. Zo lijft het Amerikaanse Kraft Foods de Britse chocoladeproducent Cadbury in, voor een totaalbedrag van zo’n 14 miljard euro. En Heineken manifesteert zich op de Mexicaanse biermarkt met de overname van de bierpoot van Femsa (totaalprijs zo’n 5,3 miljard euro). Er zit meer in het vat, is de verwachting. De omzetten in de sector zijn redelijk stabiel gebleven, zodat de voedingsmiddelenproducenten niet al te hard op hun buffer hebben hoeven interen. Volgens Roel ter Steeg van MBCF hebben zij de financiële ruimte én de strategische animo voor overnames. Door overnames kunnen ze hun overheadkosten drukken en hun distributiekracht vergroten, zeker op plekken waar ze nu minder positie hebben.
Aanbod lijkt niet het probleem, mede dankzij de private-equitypartijen die in hun hoogtijdagen de internationale voedingssector als hun jachtterrein zagen. Zeker als zij krap bij kas zitten en de banken eisen gaan stellen, komen hun voedingsbedrijven waarschijnlijk snel in de etalage.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Financials

De heroriëntatie op hun businessmodel en strategie mag dan niet altijd vrijwillig zijn, duidelijk is dat ook de financials zullen bijdragen aan een levendig overnameseizoen in 2010. Diverse banken splitsen hun activiteiten op, al of niet gedwongen. In eigen land zet bijvoorbeeld ING bedrijfsonderdelen in de etalage, en ook bij enkele Belgische banken komt het een en ander los. Vroeg of laat moet natuurlijk ook bij ABN Amro iets gebeuren. Daarvoor zullen geen Nederlandse concullega’s zich melden, voorspelt Kinders (PwC). “Als grote onderdelen beschikbaar komen, is het reëler te verwachten dat die worden gekocht door buitenlandse partijen.”