Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Wat! Werkt u nog 60 uur?

Met hard werken is het net als met hard rijden. Iedereen kan het, maar moet je het ook willen? En hoe effectief zijn die lange dagen eigenlijk? De experts over lekker belangrijk, het verschil tussen veertig en tachtig uur en hoe het echt beter kan.

“Zeventig, tachtig uur werken? Dat kan echt niet meer. Dat vinden ze hier behoorlijk zielig, vooral de jongeren.” Directievoorzitter Mirjam Sijmons (44) van uitzendorganisatie Content schiet in de lach. “Het wordt gewoon niet gewaardeerd,” verklaart ze. “Veel uren maken is nog een staartje van de oude aanwezigheidscultuur. Als manager word je toch afgerekend op je output.”Als hoogste baas van Content heeft zij natuurlijk iets makkelijker praten dan een middenmanager met keiharde dagelijkse doelstellingen. Sijmons houdt haar weekenden vrij en minimaal twee avonden per week wil ze helemaal niets anders, dan thuis zijn zonder verplichtingen.“Anders word ik chagrijnig,” vertelt ze. “Mijn werk is geweldig leuk, maar ik houd het toch strikt gescheiden van privé. Een diner met klanten kan ook gezellig zijn, maar is anders dan uit eten gaan met een vriendin. Lummelen tussendoor op werkdagen doe ik haast nooit. Ja, net als iedereen ga ik wel eens naar de tandarts. En soms loop ik even door de stad als ik een vestiging bezoek. Maar dat is het ook.” Sijmons gaat efficiënt met haar tijd om, misschien wel wat ouderwets: werk is werk en privé is privé. Niettemin maakt ze langere werkweken vergeleken met de gemiddelde 46 uur die onlangs uit het work/life-onderzoek van Management Team en Motivaction rolde. Maar goed, verschil moet er zijn. De ene managementpositie vraagt eenmaal meer inzet dan de ander. Of dat ‘m nu zit in de verantwoordelijkheden, zakendineetjes of bijbehorende nevenfuncties.
En in de ene bedrijfscultuur worden lange dagen – lees: lijfelijke aanwezigheid – meer op prijs gesteld dan in de ander. Maar het verschil tussen managers die hun baan in veertig uur doen en managers die er tachtig uur voor nodig hebben, blijft toch wonderlijk. Zeker als het om min of meer het zelfde functieniveau gaat. Waar zit dat ‘m in?

Schuldgevoel
Germo Bekendam van The Get Organized Company verbaast zich allang niet meer over de enorme verschillen in zowel tijdsinvestering en leiderschapstijl. Die twee begrippen zijn nauw met elkaar verbonden, zo heeft hij ervaren in al de jaren dat hij bij allerlei managers en afdelingen over de vloer komt. Chaos en troep kunnen symptomen zijn van inefficiënte werkprocessen, gebrek aan leiding of zelf een teveel aan leiding. ‘Organiser’ Bekendam bekent zelfs mensen te wantrouwen die zeggen dat ze alleen maar gedijen in chaos en drukte. “Dat is bijna hetzelfde als een junk die zegt dat hij pas stopt met trillen als hij zijn shotje heeft gehad. Chaos en tijdgebrek zijn een gedragspatroon die zelfs verslavend kan werken. Maar dat mensen zich er veilig in voelen, maakt ze nog niet effectief als manager.” Een rommelige afdeling kan wijzen op grotere problemen. Maar een klinisch schoon kantoor wil nou ook weer niet zeggen dat er geen vuiltje aan de lucht is. Schijn bedriegt, weet Van Overbeek. “Je wilt soms niet weten wat er in kasten en de archiefkamer zit. Of er wordt ontzettend veel onnodig werk verricht, zoals alle e-mails uitprinten en archiveren. Dan ziet het er allemaal wel netjes uit, maar gaat er ontzettend veel tijd verloren. Alleen maar omdat de baas een controlfreak is.” Het is een herkenbare valkuil, vooral voor managers die (net) vanuit hun vak zijn doorgegroeid naar een leidinggevende positie. Ze weten veel van hun vroegere beroep en kunnen de uitvoering maar moeilijk loslaten. Ondertussen zijn ze bang om als manager geen grip te krijgen. Ze zijn altijd bereikbaar, plannen niets. Vrije tijd kennen ze niet. Een loos uurtje loopt direct weer vol met dingen die ze moeten doen. Stilvallen is heel erg moeilijk en levert schuldgevoel op.
Komt het bekend voor? Bekendam geeft een beginnetje van de oplossing. “Maak eerst eens afspraken over je bereikbaarheid. Telefoontjes van nieuwe klanten mogen bijvoorbeeld altijd doorkomen, de rest niet. Stel een spreekuur in waarop medewerkers bij je mogen binnenlopen. Maar let wel, daarvoor moet je niet alleen leiding geven aan anderen, maar vooral ook aan jezelf.”

Koude drukte
Het verschil tussen een veertig- en een tachtigurige werkweek heeft vooral te maken met onzekerheid, volgens Willem Donkers, hoofd communicatie en fondsenwerving van Stichting Wereldkinderen. “Een kwestie van karakterstructuur,” zegt hij. “Maar je moet natuurlijk ook de juiste voorwaarden scheppen. Heb je wel gekwalificeerde mensen om je heen verzameld? Kun je hen vertrouwen of moet je alles controleren? Geef ze dan de beslissingsbevoegdheid en vrijheid om hun werk te doen. Breng het aantal overlegmomenten terug, houd de lijnen kort. Als je alles gaat controleren durven mensen op den duur niets meer zelf te doen.” En daarmee loopt niet alleen je afdeling of bedrijf vast, maar gaat er ook nog eens kostbare tijd verloren. Sijmons van Content trapt met alle soorten van genoegen de open deur in die in de praktijk zo vaak gesloten blijven. “Stel nu eens echt prioriteiten,” doceert ze. “Wil niet alles tegelijk doen, anders maak je niet alleen je zelf helemaal gek, maar ook je organisatie. Bewaar die klus liever voor later of doe het helemaal niet. Ga ook niet bij alles na of het wel gebeurt en check niet iedereen of ze hun afspraken wel nakomen. Ten eerste vind ik dat helemaal niet leuk om te doen en ten tweede zou ik er zelf gek van worden als iemand dat steeds bij mij zou doen. Ach, en dan kom je heus wel eens voor nare verrassingen te staan. Maar daar komt iedereen ook wel overheen.” Er zijn kennelijk manieren om efficiënter met je tijd om te springen en orde te scheppen in de dagelijkse chaos. Zou het met lange werkweken dan vooral om een hoop koude drukte gaan? Een air van belangrijkheid kan Bekendam van The Get Organized Company sommige managers die hij tegenkomt niet ontzeggen. “Ze scheppen er een enorm genoegen in om stapels papier opzij te kunnen schuiven om de koffie van hun visite een plekje te geven. Ik ken managers die altijd met een dikke map onder hun arm naar de koffieautomaat op de gang gaan. Ze zullen nooit hun mobiele telefoon uitzetten. Het is ook het type verslaving dat je ego streelt.”

Dekmantel
Chaos en drukte maken dus stoer en capabel, opgeruimde types zijn saai en incompetent, zo wil onze volkswijsheid. Maar dat wil nog niet zeggen dat alle mensen die werkweken van tachtig uur maken controlfreaks, sloddervossen en dikdoeners zijn. In tachtig uur krijg je toch wel degelijk meer werk voor elkaar dan veertig uur? Dat is maar ten dele waar, vindt Anne-Lies van Overbeek, eveneens van The Get Organized Company. “Managers die lange dagen maken zijn niet zelden ’s avonds bezig met inhaalwerk. Ze zijn heus niet altijd productiever. Sommige doorwerkers proberen hun gebrek aan capaciteiten te verbergen. Ze hebben gewoon langer de tijd nodig om het werk af te krijgen. Of ze gebruiken drukte als dekmantel, om hun fouten te vergoelijken: ik heb het zo druk dan kun je mij dit toch niet verwijten?” Niettemin zijn er genoeg managers die lange dagen maken omdat ze van hun werk houden of hart voor de zaak hebben. Donkers van Stichting Wereldkinderen bijvoorbeeld heeft een 36-urig contract maar de duur van zijn werkweek wisselt sterk. De ene week telt die veertig uur, de andere week vijftig uur of meer. Afhankelijk of er ’s avonds vergaderingen zijn en vrijwilligerstrainingen in het weekend. Wat de stress weghoudt, verklaart hij zelf, is dat hij zijn werk niet saai vindt. “Ik hoef mij nooit af te vragen: waarom steek ik hier toch zo veel tijd in? Ik kan me voorstellen dat je dat wel op een gegeven moment doet als je gemotiveerd wordt door aandeelhouderswinst,” aldus Donkers.Toch heeft ook hij als manager zo zijn eigen problemen met de factor tijd. “Bij organisaties als de mijne heb je eerder het gevoel dat je mensen dupeert als je je tijd verdoet. Dat is een heel direct en aangrijpend verband, maar je moet daar niet te lang bij stilstaan anders blijf je aan de gang. In dit soort werk kun je je makkelijk in twee jaar over de kop werken. Je moet wel op een gegeven moment kunnen loslaten, net als medici die de hele dag tussen zieken lopen.”

Portret Loek Hogenhout

‘Het zou in veertig uur kunnen’

Loek Hogenhout (47), directeur marketing en strategie van Brunel International, denkt dat hij zestig à zeventig uur per week werkt. Hij telt het eigenlijk nooit op. In het weekend verricht hij alleen wat leeswerk. ’s Ochtends ‘draait hij productie’ en ’s middags is er meer tijd voor overzicht en visieontwikkeling. “Als ik heel erg efficiënt zou zijn en al het sociale eraf zou krabben dan zou het in veertig uur per week moeten kunnen. Maar dan is voor mij de lol eraf. De sociale kant geeft mij juist zoveel energie.” “Hoeveel uren je werkt is een keuze. Je output hoeft niet beter te zijn als je tachtig uur werkt. Maar als de molen hard draait dan ga je erin mee. Je werkt er dus zelf aan mee. Lange werkdagen zijn alleen vol te houden als je ook kunt relativeren. Je moet geen slaaf van je werk worden. Ik heb mijn kinderen al hun zwemdiploma’s zien halen. Ik loop hard om te ontstressen. Dat mijn vrouw twintig uur werkt, maakt ook dat ik dit tempo kan volhouden. Zij heeft ooit gezegd: Loek, we gaan ervan uit dat je maandag tot en met vrijdag er gewoon niet bent. Dan is dat duidelijk en hoeven wij niet meer op je te wachten of hoef jij je niet meer te haasten. Daarom kan ik nu buiten spelen.”

Portret Ivonne Veerbeek

‘Van negen tot vraagteken’
Ivonne Veerbeek (41), directeur-eigenaar van opleidingsbedrijf voor uitzendorganisaties Flex-Train heeft twee jonge kinderen en werkt daarom op woensdag- en vrijdagmiddag niet, net zo min als in het weekend. Maar op doordeweekse avonden werkt ze ‘van negen tot vraagteken’. “Ik ga wel eens door om een achterstand weg te werken. Als mij man dan belt: Ivon, hoe denk je er zelf over? Dan weet ik genoeg, dan is het mooi geweest die dag.” Veerbeek zegt te gedijen bij haar versnipperde werkweek. Maar wat ook helpt is de wetenschap dat haar vele werk direct ten goede komt aan haar eigen bedrijf, een zeer opwekkende motivatie. “Omdat de kinderen steeds meer hun eigen bezigheden op woensdagmiddag hebben, kan ik mooi tussendoor wat klusjes doen, voorbereiden, e-mails beantwoorden. Ik heb alles wat ik nodig heb op mijn laptop en ik kan dus overal werken. Dat geeft gek genoeg rust. Ik heb geen moeite om het werk los te laten. Ik vind het gewoon niet storend als ik even iets moet afhandelen. Ik heb namelijk genoeg rustmomenten tussendoor. En anders creëer ik die zelf. Ik kan iedereen aanraden de tijd voor een afspraak, ook al ga je soms liever door met een klus. Ik zeg afspraken niet af. Zo kan ik even mijn zinnen verzetten en krijg ik misschien een andere kijk op de zaak.”

Ben ik workaholic?
Is ‘ja’ uw antwoord op meerdere vragen, dan is het misschien hoog tijd om de zaken eens anders aan te pakken.

* Heeft werk uw hoogste prioriteit?
* Geeft werk u de meeste voldoening in uw leven?
* Vindt u dat mensen die uw drukke agenda niet begrijpen, niet moeten zeuren?
* Werkt u hard, maar blijft erkenning uit?
* Maakt u zich altijd zorgen, ook al gaat alles goed?
* Hebt u het gevoel dat u onmisbaar bent op het werk?
* Lijden uw persoonlijke relaties onder uw werklust?
* Hebt u lichamelijke klachten?
* Denkt u aan werk voordat u in slaap valt?
* Wordt u juist ziek als u een vrije dag hebt?
* Vindt u het moeilijk om op vakantie te gaan?

Korte cursus timemanagement
1 Houd uw bureau leeg. Maak een to do-lijst en maak een weekplan. Geen plakbriefjes!
2 Doe de mobiele telefoon op vrije dagen uit. Laat het ding thuis als u op vakantie gaat.
3 Geef het goede voorbeeld. Stuur ’s avonds en in het weekend geen e-mail. Wees selectief in het versturen van cc’tjes.
4 Lees en beantwoord e-mails op vaste momenten van de dag. Verwerk post meteen bij binnenkomst.
5 Schakel uw e-mailprogramma uit als u aan een intensieve klus werkt. Zet de mobiele telefoon uit en laat u niet storen.
6 Plan vergaderingen aan het einde van de werkdag of voor lunch. Maak een vergaderagenda en volg ‘m strikt. Is uw aanwezigheid wel noodzakelijk?
7 Zeg abonnementen op vakbladen, tijdschriften en mailinglijsten af als u ze toch niet leest.

Arbeidsproductiviteit tijdens overwerk

Hoger
Normaal of vergelijkbaar
Lager
Weet niet/geen antwoord

Leidinggevenden
28%
60%
10%
2%

Zowel leidinggevend als uitvoerend
22%
65%
11%
2%

Uitvoerenden
41%
53%
4%
2%


Bron: CBS

Wekelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Voor de baas of voor jezelf?
17 procent van de overwerkers voelt zich daartoe verplicht door collega’s
43 procent werkt door op verzoek van werkgever of leidinggevende
46 procent werkt over op eigen initiatief
31 procent van de pasafgestudeerden wil veertig uur of meer werken
Ongeveer de helft wil vier dagen werken

Bron: CBS & Stichting voor Economisch Onderzoek

Overwerk maakt nog geen workaholic
Werkdagen van tien tot vijftien uur zijn voor veel managers heel gewoon, zeker als daar een avond op stap met relaties bij hoort. Maar dat maakt ze nog geen workaholics die hun ‘probleem’ ontkennen of slechte timemanagers.Het verschil tussen gezonde werklust en workaholic zit in motivatie en hersteltijd, legt Toon Taris uit, arbeids- en organisatiepsychologie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Uit onderzoek naar workaholics trekt hij een opmerkelijke conclusie: hard en lang werken is lang niet altijd slecht.“Uit onderzoek op een booreiland is gebleken dat een week lang zestien uur per dag hard werken mensen niet ongelukkig of ongezond maakt als ze vervolgens drie weken vrij zijn. Integendeel. Hetzelfde geldt voor kleine zelfstandigen die vaak zestig uur of meer per week werken.”Het effect van hard werken hangt niet alleen af van het type werk maar ook van het type mens dat je bent. Lang niet iedere buffelaar is daarom een workaholic, stelt Taris. “Iemand die niet kan loskomen van zijn of haar werk heeft een groter risico. Een metselaar bijvoorbeeld blijft ’s avonds niet piekeren over zijn werk van die dag. Mensen met een ‘mentaal’ beroep zoals leidinggevenden, lopen die kans eerder. Voor een manager is het ook veel lastiger om te bepalen wanneer zijn werk gedaan is. Daarnaast spelen persoonlijke eigenschappen een belangrijke rol. Perfectionisme, gebrek aan vertrouwen en competitief gedrag zijn aanwijzingen. Als je maar doorgaat met hard werken zonder dat er een bijzonder voordeel tegenover staat, terwijl je wel de negatieve gevolgen ondervindt, dan mag je je zorgen gaan maken.”