Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Paul van Son over de welkome kritiek op Desertec

Wat als critici gelijk hebben en grootse plannen voor zonnestroom uit de Sahara niet haalbaar blijken? Desertec veranderde van koers.

Desertec wist een paar jaar geleden wereldwijd de aandacht te trekken met het plan om in de Sahara op grote schaal zonnestroom op te wekken voor de Europese markt. Grote Duitse bedrijven schaarden zich achter het initiatief. Desertec Industrial Initiative kreeg drie jaar de tijd om de haalbaarheid van het plan uit te werken. Het initiatief kwam echter vrijwel direct onder vuur te liggen. Het zou veel te duur zijn en consumenten zouden met hogere stroomrekening een groot deel van de kosten dragen. Bovendien is de vraag of het verstandig is honderden miljarden euro’s te investeren in een onstabiele regio.

Dit voorjaar bracht Der Spiegel nog een belangrijk punt van kritiek naar voren. De lokale bevolking zou weinig hebben aan Desertec, dat volgens het weekblad bovendien is bedacht in de achterkamers van de Club van Rome, een groep duurzaamheidsactivisten op leeftijd. Desertec lijkt een deel van de kritiek ter harte te hebben genomen. In plaats van zich op grootschalige opwekking van zonnestroom voor de Duitse markt te richten, is de focus verlegd naar het stimuleren van de ontwikkeling van duurzame energie in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Paul van Son, de Nederlandse directeur van Desertec Industrial Initiative, reageert op de kritiek en vertelt waar Desertec nu staat.

MT.nl: Hoe gaat u om met kritiek in de media?

Paul van Son: 'Ik vind kritiek altijd geweldig. Veel kritiek ben ik het zelf mee eens. In de begintijd was de focus op alleen thermische zonne-energie en dan kabels naar Europa trekken. Dat is een zeer kwetsbaar verhaal en de economische haalbaarheid is twijfelachtig. Het accent is verschoven naar windenergie, fotovoltaïsche zonne-energie en netwerkontwikkeling. Veel kritiek is daarmee verdwenen.'

Desertec heeft dus eigenlijk een draai gemaakt in zijn activiteiten?

'Desertec is een initiatief van privépersonen geweest. Het was toen erg gericht op de vraag of Duitsland op lange termijn profijt kan hebben van zonnenergie uit de Sahara. We hebben veel praktische studies verricht waarin we hebben vastgesteld dat allereerst windenergie de belangrijkste factor is. Inmiddels zijn we een internationale groep. Wij werken met lokale overheden en partners, maar ook met de Europese Unie om de markt op gang te brengen. Dat zal in eerste instantie met partijen op regionaal niveau moeten.'

Wat houdt uw rol in?

'Het enige wat wij doen is schetsen hoe een markt kan ontstaan waarin geïnvesteerd wordt in duurzame energie. Als je de energiemix wil verbeteren, moet je kijken waar je duurzame energie het goedkoopst kunt opwekken. Dus geen windmolens in een dal in Zuid-Duitsland maar in het Atlasgebergte aan de oceaan. Dan kijken we ‘is dat haalbaar, wat heb je daarvoor nodig’? Je gaat kijken of je de Europese markt kunt koppelen aan de Noord-Afrikaanse. De koppeling tussen Noord-Afrikaanse landen is daarvoor de eerste stap. Marokko is al lid van de OMEL stroombeurs in Spanje. Algerije is gekoppeld met Marokko, die kunnen uitwisselen, maar de stroommarkt daar is nog niet zo open. Je moet werken aan een marktstructuur.'

U bent dus juist regionaal actief. Is de kritiek dat Desertec niets doet voor de lokale economie onterecht?

'Er was een workshop in Tunesië. Der Spiegel schreef daar iets over. Ik heb het gelezen, maar vond het een beetje een slag in lucht. Waar ze wel een beetje gelijk hebben is dat de civil society in Noord-Afrika aan het begin staat wat betreft duurzame energie. In drie jaar tijd is er wel veel gebeurd. Er waren nog maar weinig landen die duurzame energie in hun energiebeleid opnamen. Inmiddels hebben alle landen het prominent in hun energiebeleid.'

Wekelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Wat is uw visie op energiebeleid in de regio?

'De druk in met name Noord-Afrika en het Midden-Oosten is enorm, maar die landen hebben een unieke kans om op basis van duurzame energie inkomsten te genereren. Landen die geen eigen energiebronnen hebben, moeten alles importeren. Die moeten iets doen voor de toekomst en dat kan eigenlijk alleen met duurzame energie. Voor landen die exporteren zeggen we: steek wat je exporteert in duurzame energie, want dat is je toekomst.'

Bij het uitbreken van de Arabische revolutie werd de vraag gesteld in hoeverre Desertec kwetsbaar is voor de onrust in de regio. Hoe kijkt u hier tegenaan?

'Onrust is altijd een issue, maar het is een heel brede term. Je moet van land tot land kijken hoe de situatie is. Eigenlijk is het alleen belangrijk om te weten of er geïnvesteerd kan worden in een land of niet. In Marokko, Tunesië en Algerije kan dat. In Saudi-Arabië ook, in de golfstaten ook. Syrië is een land dat wat betreft infrastructuur nu achterop raakt. Maar de elektriciteitsvoorziening gaat altijd gewoon door. Eind jaren ’80 viel Joegoslavië uit elkaar. Hoewel er gevochten werd bleven de transportnetten gewoon gekoppeld. Die landen hadden er voordeel bij dat de elektriciteitsvoorziening blijft werken.'

Meer over duurzaamheid?

mvo