Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Autospecial – De privéchauffeur

Een auto met chauffeur, dat was tot voor kort alleen weggelegd voor de allerdruksten. Lieden van wie het uurtarief (of de al dan niet politieke status) vele malen hoger was dan van een gewoon baasje. Maar het ’bezit’ van een privéchauffeur is aan het devalueren. Iedereen die een beetje baan heeft en een beetje kan rekenen, zou het tegenwoordig eens moeten overwegen. Of het ook prettig is, zo’n auto met chauffeur, dat testte alvast onze hoofdredacteur.

Even heel eerlijk: ik vind mezelf de beste chauffeur ter wereld. Op 19 oktober was het precies 25 jaar geleden dat ik mijn rijbewijs haalde (in één keer uiteraard, ondanks een ingreep) en in al die tijd heb ik voor 75 gulden (gulden, ja) schade gereden. Net even te ver doorgegleden op een ijzig wegdek en met de bumper van mijn Simca 1100 de linkerachterlamp van ex-collega Erik Winkster (Haagsche Courant, Honda Civic) kapot gereden. Ik nader het miljoen. Kilometers. Schade per kilometer: 0,000034 euro. Laat iedereen die beter rijdt maar opstaan.

U snapt: ik rijd het liefst zelf. Of het nu een vakantierit van 1500 kilometer in één ruk terug naar huis is of een bezoekje aan het plaatselijke benzinestation, achter mijn stuur bij voorkeur ondergetekende. En anders ook.

Chrysler 300C Touring
Met die wetenschap in het achterhoofd ontving ik op een maandagochtend om 7.00 uur aan mijn voordeur Oscar. Oscar had een keurige Chrysler 300C Touring meegebracht en de bedoeling was dat hij en eventueel andere collega’s van Brussaard Chauffeursdiensten mij een week lang zouden vervoeren tussen woon (Lemmer), werk (Haarlem-Zuid) en afspraken (Rotterdam, Amsterdam, dat soort oorden). Oscar had zijn zaken goed voor elkaar. Hij was (ruim) op tijd. Hij parkeerde voor de deur. Hij had een krant meegenomen – gestreken, leek het wel. Hij hield de deur voor me open…

En daar begon dus de ellende: het was de deur rechtsachter. Hij was echt van plan mij die 126,8 kilometer tussen Lemmer en Haarlem-Zuid over A6, A1, A10 en A9 te gaan chauffeuren. Eén uur en negen minuten – later zou blijken: nog langer – was ik niet alleen mijn privacy, maar tevens mijn stuur kwijt. Praatjes voor de vaak zijn toch al niet mijn hobby, maar om 7.00 uur ’s ochtends nog minder. Hoe gingen wij in hemelsnaam die tijd met elkaar een beetje aangenaam doorbrengen?

De bedoeling, zo legde Oscar mij geduldig uit, was dus dat ik De Telegraaf ging lezen, desgewenst de laptop opende om een beetje te gaan werken en dat ik me vooral nergens druk om zou maken, opdat ik uitgerust ten kantore zou arriveren. En ’s avonds uitgerust weer thuis.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Geen kilometer te hard
Om mijn afkeer van het niet zelf kunnen rijden te beperken, bleek Oscar er (evenals de volgende dagen zijn collega Paul) een uiterst merkwaardige rijstijl op na te houden: geen kilometer te hard. En ik durf te wedden dat een tot de rand gevulde kop koffie totaal niet tot een knoeiboel zou leiden, want beide heren reden ook nog eens, zoals dat heet, an-ti-ci-pe-rend. Anticiperend op het overige verkeer, de stoplichten, de werkzaamheden langs de snelweg, de stand van de zon, de druppels uit de wolken en zelfs onverwachte manoeuvres van vrouwen en bejaarden achter het stuur. Bij wijze van spreken.

Saaie ritten
Het werd, kortom, een volle week lang een dodelijk saaie aaneenschakeling van ritten qua adrenalinegebrek, waarin ik me wonderwel vlotjes aanpaste aan de gang van zaken. De mailboxen ‘Af te handelen’ en ‘Spoed’ kregen zowaar een keer de aandacht die ze verdienden, de schnabbels die ik zo af en toe als personal trainer van freelancers verricht konden eens op een andere plek dan thuis in de avonduren worden voorbereid en verdomd als het niet waar was: op vrijdagavond bleef ik na 22.00 uur gewoon eens een keertje wakker! Veertien uur woon-werkverkeer had niet zijn tol geëist. Ik was verkocht…

Opmerkelijk is dat het gevoel van schaamte dat je zo’n eerste dag nog overvalt als jij wordt opgehaald en je buurman zelf zijn BMW’tje moet starten snel verdwijnt. Dat was ook aan Oscars opvolger Paul te danken. Deze uitermate voorkomende Hilversummer liet niet na me gerust te stellen met de mededeling dat het inhuren van een chauffeur tegenwoordig steeds vaker door kleineren dan de groten der aarde gebeurt. Iemand met afgescheurde enkelbanden had hij bijvoorbeeld maanden van diens huis naar TNO gereden – de kosten van de chauffeursdienst wogen ruim op tegen de kosten van het ziekteverzuim van de TNO’er.

Zelf ben ik – uiteraard geheel ten onrechte, de rechter had ruzie met zijn vrouw – wel eens bíjna voor drie maanden mijn rijbewijs kwijt geweest. Ook dan was zo’n chauffeur een gouden greep geweest, realiseer ik me ergens tussen Lelystad en Almere, als Paul weer eens met 120-en-geen-kilometer-meer aan alle kanten wordt ingehaald door auto’s met toch veel minder dan onze 218 pk. Orders van bovenaf, zo blijkt.

Bekeuringen
Best vervelend toen ik, door de regen, te laat dreigde te komen bij een afspraak in het Fortis-gebouw in Rotterdam. Persoonlijk mag ik op zo’n moment graag tijd winnen door tussen de flitspalen door verantwoord een beetje door te rijden. Chauffeur van dienst Paul was daartoe (binnen zekere grenzen) ook wel bereid, mits ik even tekende voor de eventuele bekeuringen. “En dan nog weet ik niet of ik het doe, want het gaat wel om míjn rijbewijs dat op het spel staat.”

Eén groot voordeel van de auto met chauffeur hebben we nog niet aangestipt: drank. Als je zoals ik al 24 jaar ver van je werk woont en als het even kan (en van haar mag) het liefst thuis bij je eigen vrouw slaapt, ben je compleet geprogrammeerd op twee wijntjes of twee biertjes en geen druppel meer. Want Er Moet Nog Gereden Worden. Ik was al een Bob voor Bob geboren werd, zeg maar.

Deze week kunnen we los. Twee keer zelfs. Eerst op een borrel na een brainstormdag met collega’s, dan op een afscheidsfeestje van een ex-collega. En geloof het of niet (geloof het maar): in beide gevallen stapte ik na twee bier over op cola light. Nóg won mijn alcoholdamp het niet van Pauls aftershave.

Dáárop zal mijn moeder wel trots zijn. Op die auto met chauffeur een stuk minder. Het is te gewoon geworden. En als iedereen die dagelijks via de A6 naar Amsterdam rijdt nou even gaat carpoolen in bijvoorbeeld zo’n Chrysler 300C Touring met chauffeur, ben ik pas écht blij. Ik zal vanuit mijn eenvoudige Alfa 159 met plezier naar ze zwaaien. Vanaf de bestuurdersplaats, uiteraard…