Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

De 50 beste bedrijven van 2014

46. Bam Groep

HOOFDKANTOOR Bunnik
CEO Nico de Vries
POSITIE 2013 nummer 90

Nederlands grootste bouwbedrijf ging door een diep dal, maar verwacht dat de bodem van de crisis in Nederland is bereikt. In 2014 hoopt het bedrijf op stabilisatie. Ceo Nico de Vries zei bij de presentatie van de jaarcijfers dat de onderneming ‘nu aangepast aan de nieuwe realiteit’ is.

Hoe ziet die nieuwe realiteit eruit?

‘Op de woningbouwmarkt zijn de prijzen sinds 2008 met 20 procent gedaald. Dat heeft een enorm effect gehad op de waarde van de onder­liggende grondposities op onze balans. Die hebben we in 2010 en 2012 flink moeten afwaarderen. Ook is de organisatie in aantallen enorm teruggebracht. Als ik terugkijk op de afgelopen jaren zie ik dat wij onder druk van de omgeving een snelle transformatie hebben doorgemaakt. We hebben bijvoorbeeld een nieuw woningbouwconcept ontwikkeld, waarmee we volgens een gestandaardiseerd lean bouwproces binnen honderd dagen een kant-en-klare woning kunnen opleveren, voor verschillende doelgroepen en tegen een prijs die hoort bij deze markt. Dat we erin geslaagd zijn om ons aan te passen aan de veranderende omstandigheden, geeft mij een kick.’

Is er door de crisis meer ruimte gekomen voor innovatie in de bouw?

‘De bouw is lang niet meer zo conservatief als sommige buiten­staanders denken. Dat imago stamt uit de tijd toen bouwers met de hoed af, al dankzeggend, achteruit de trap afliepen als ze bij een opdrachtgever vandaan kwamen. Zo is het niet meer. Bouwbedrijven zijn tegenwoordig gelijkwaardige partners in het bouwproces. Dat zie je het duidelijkst terug in publiek-private samenwerkingen. Daar wordt gewerkt met best value procurement, een contractvorm die slim werken beloont. Dat maakt het voor ons interessant om te innoveren.’

Waar hopen jullie de komende jaren de groei vandaan te halen?

‘We hebben drie pijlers van groei. Ten eerste willen we in toenemende mate multidisciplinair werken, vaak ook cross border. Werkmaatschappijen uit verschillende landen trekken bij grote projecten samen op. Een tweede focus is ketenintegratie. Op de woningbouw- en kantorenmarkt zien we onszelf als leveranciers van accommodatie, met een geïntegreerde visie op ontwerp, bouw en onderhoud. Het derde groei­pad is het buitenland, buiten de EU. Nu is dat goed voor 5 procent van onze omzet, dat willen we verdubbelen.’