Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Geschifte leiders, hoe herken je ze?

Tirannen vindt u niet alleen in Irak, Kazachstan, Noord-Korea en Zimbabwe. Ook in het bedrijfsleven heerst terreur. Wat bezielt deze mensen? En wat zijn de psychologische verklaringen voor dit gedrag? We vroegen het aan Manfred Kets de Vries en Joep Schrijvers.

In Asjchabat, de hoofdstad van Turkmenistan, staat een reusachtig verguld beeld van dictator Saparmurad Nijazov (wie kent hem niet?) dat zo ronddraait dat het gezicht altijd op de zon is gericht. Vanaf 1991, het jaar waarin hij president werd, tot zijn plotselinge dood in 2006 heeft Naijazov legio van dit soort zelfverheerlijkende trucjes uitgehaald. Zo liet hij tal van plaatsen, vliegvelden, stations en zelfs een meteoriet naar zichzelf vernoemen. Ook dichtte hij zichzelf grenzeloze spirituele en literaire kwaliteiten toe en spreidde die ten toon in zijn levenswerk ‘Ruhnama’. Een boek waarin hij de geschiedenis van de wereld een geheel eigen draai gaf, met een centrale rol voor het Turkmeense volk. Uiteraard diende iedere Turkmeen er een op het nachtkastje te hebben liggen, want het boek stond volgens Naijazov gelijk aan de Koran en de Bijbel. 

Gedurende zijn hele regeringsperiode wist hij de Turkmenen te vriend te houden door te strooien met gratis gas, water en elektriciteit en subsidies voor woningen, brood en openbaar vervoer. Dit alles werd betaald met de opbrengsten van de grote gasreserves van het land. In ruil voor deze goede behandeling joeg Nijazov er zonder pardon een aantal wonderbaarlijke presidentiële besluiten doorheen. Zoals het in de ban doen van opera en ballet om de Turkmeense cultuur te zuiveren van kwalijke westerse en Russische invloeden, een verbod op playbacken en het verplicht dragen van een bontmutsje door schoolmeisjes, omdat hij dat zo schattig vond staan.
Tijdens het schrikbewind van de Oegandese dictator Idi Amin Dada (1971-1979) ging het er beduidend minder kleurrijk aan toe. Hoeveel doden deze voormalig nationaal bokskampioen precies op zijn naam heeft staan is niet bekend, de cijfers variëren van 300.000 tot 800.000. Wel is duidelijk dat vooral christelijke leden van zijn vroegere stamrivalen het moesten ontgelden. Ook Amins terreurbewind nam van tijd tot tijd surrealistische vormen aan. Zo benoemde hij zichzelf tot professor en veldmaarschalk. En alsof dat nog niet genoeg eer was, riep hij zichzelf ook nog eens uit tot koning van Schotland en doste hij al zijn elitetroepen voor deze gelegenheid uit met kilts. Maar het werd pas echt ernstig toen hij de hele Aziatische gemeenschap het land uitzette, omdat ze naar zijn mening de economie domineerde.

Voedingsbodem
Van het abnormale gedrag van bovengenoemde dictator is de wereld al enige tijd verlost. Maar er zijn nog behoorlijk wat despoten over, laat Manfred Kets de Vries, leiderschapsdeskundige en schrijver, weten. “Ze zitten nog in Kazachstan (Noersoeltan Nasarbajev), Noord-Korea (Kim Jong II), Cuba (Fidel Castro), Zimbabwe (Robert Mugabe) en Oezbekistan (Islam Karimov), en dat zijn ze nog lang niet allemaal.”
Kets de Vries is zijn hele leven al gefascineerd door despotisme. In een van zijn laatste boeken staat de legendarische Zuid-Afrikaanse koning Shaka Zoeloe model voor alle despoten die ooit geleefd hebben en nu nog leven. Waar komt deze fascinatie eigenlijk vandaan? Kets de Vries: “Dat heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat ik in de oorlog geboren ben en het verwoestende effect van despoten als Hitler en Stalin bewust heb meegemaakt.”
Als proef op de som maken we een korte vergelijking tussen de jonge jaren van Saddam Hussein en Adolf Hitler. Saddam Hussein werd in 1937 als boerenzoon geboren in het Iraakse dorp Al-Auja, nabij de stad Al-Tikrit. Zijn vader verliet het gezin al voordat hij ter wereld kwam en zijn stiefvader mishandelde hem. Hij mocht niet naar school en bracht daarom zijn vroege jeugd als schaapherder door. Vanaf zijn tiende werd hij opgevoed door zijn oom Khairullah Tulfah, een van de weinige geletterden in Tikrit en auteur van het pamflet ‘Drie dingen die God niet had moeten scheppen: Perzen, joden en vliegen’. Op zijn twintigste pleegde Saddam zijn eerste politieke moord; hij liquideerde zijn zwager, een communistische activist.
Ook de jeugd van de veel eerder, in 1889 in Oostenrijk, geboren Adolf Hitler verliep niet bepaald rooskleurig. Adolf was een verlegen jongetje en hoewel hij enkele vrienden had, voelde hij zich het meest op zijn gemak bij zijn honden. “Honden zijn mijn enige vrienden,” zei hij ooit. Zijn autoritaire vader, Alois, overleed toen Hitler een tiener was. De band tussen vader en zoon was slecht. Althans, dat kunnen we concluderen uit de tekst in Hitlers boek ‘Mein Kampf’ dat het enige goede wat zijn vader ooit voor hem gedaan had, de naamsverandering van Alois Schicklgruber in Alois Hitler was geweest. ‘Heil Hitler’ klonk immers veel beter dan ‘Heil Schicklgruber’.
De meest opvallende overeenkomst tussen beide jeugdverhalen is de rol van de vader en stiefvader. En, hoe cliché het ook mag klinken, dat de ervaringen in de kindertijd een voedingsbodem zijn geweest voor het ontwikkelen van een extreem narcistische persoonlijkheid.

 

Grootheidswaan
Het is een algemeen geaccepteerd feit dat een zekere mate van narcistisch gedrag een essentieel onderdeel vormt van succesvol leiderschap, en een eerste vereiste is op weg naar de top. Maar wat is narcisme precies? Een archetypisch voorbeeld is het verhaal van de mythische jongeling Narcissus, zoals beschreven in ‘Wat leiders drijft’ van Manfred Kets de Vries. Narcissus was een knappe jongeman die de avances van ontelbare verliefde mannen en vrouwen had afgewezen. De godin Nemesis hoorde enkele van zijn afgewezen aanbidders tegen elkaar zeggen dat ze hem de pijn van onbeantwoorde liefde toewensten en ze besloot hun wens te vervullen. Toen Narcissus uit een bron dronk, werd hij verliefd op zijn eigen spiegelbeeld. Hoewel hij wist dat het onverstandig was, kon hij zijn verliefdheid niet van zich afzetten. Hij kwijnde weg, tot hij uiteindelijk stierf. Toen zijn geest op weg naar de onderwereld naar de overkant van de rivier de Styx werd vervoerd, leunde hij over de rand van de boot om een laatste glimp van zichzelf in het water op te vangen. Deze Griekse mythe is bedoeld als waarschuwing voor narcistisch gedrag. Een zekere mate van narcisme is volkomen natuurlijk en gezond. Maar wanneer dit doorslaat en extreme vormen aanneemt komen we uit bij kenmerken als egoïsme, egocentrisme, opgeblazenheid, gebrek aan empathie, overdreven eigenliefde en het negeren van grenzen. In deze vorm kan narcisme ernstige schade aanrichten.


Narcisme kan volgens Kets de Vries (in ‘De geest van despotisme. Shaka Zoeloe en de psychologie van tirannieke macht’) onderverdeeld worden op een schaal die loopt van gezond gevoel van eigenwaarde tot pathologisch egoïsme. Om het overzichtelijk te houden is er binnen deze schaal onderscheid gemaakt in constructief en reactief narcisme. Constructief narcisme ontwikkelt zich in reactie op wat de kinderarts Donald Winnicott in 1975 ‘goed genoeg’ zorgen noemde: een vorm van zorg die het kind liefde en steun doet voelen. Constructief narcisme helpt ze om hun verwachtingen op een redelijk niveau te houden (wat een betere toetsing aan de realiteit mogelijk maakt). Reactief narcisme ontstaat bij mensen die op een of andere manier ‘gewond’ zijn geraakt. Hun buitensporige narcistische instelling ontstaat als een manier om gevoelens van geringe eigenwaarde en depressiviteit te onderdrukken; gevoelens die zich hebben ontwikkeld doordat de opvoeders het minimumniveau van ‘goed genoeg’ ouderschap niet haalden. Zulke mensen neigen tot meedogenloosheid, grootheidswaan en exhibitionisme; door hun extreme neiging tot uitbuiting trachten zij anderen te overheersen en in hun greep te krijgen.


In geen enkele omgeving worden de lotgevallen van het reactief narcisme op dramatischer wijze uitgespeeld dan op de werkvloer. De plek waar narcistische leiders zichzelf kunnen ontplooien, maar waar volgers zichzelf moeten wegcijferen. Kets de Vries: “Vooral in de wereld van investment banking en chirurgie zie je veel narcistische leiders. Simpelweg omdat het daar eerder wordt getolereerd. Als iemand veel geld verdient voor de bank, mag hij best af en toe zijn collega’s treiteren, wordt er binnen de wereld van het investment banking gedacht. En bij chirurgen wordt het narcisme nog eens extra aangewakkerd omdat zij degene zijn die na een geslaagde operatie alle complimenten ontvangen. Om succesvol te kunnen zijn moet je een beetje narcistisch zijn, alleen wel gedoseerd. Het probleem qua dosering is dat mensen aan de top vaak weinig sociale controle ervaren. Er worden hen geen grenzen opgelegd, ze worden slechts toegejuicht door een groep jaknikkers.”
Waarom werknemers een tiran als leider accepteren? “Angst, angst, angst. En door het effect dat bekendstaat als het stock-holmsyndroom (het psychologische verschijnsel waarbij de gegijzelde sympathie voor de gijzelnemer, red.). Vertaald naar het bedrijfsleven komt dit neer op de behoefte je te identificeren met de machtige man en daar heel ver in te gaan. Een andere belangrijke reden om niet in opstand te komen – dit geldt voornamelijk voor de oudere werknemers – is de angst om een baan te verliezen. Omdat mensen getrouwd zijn, kinderen hebben en aan een hypotheek vastzitten, zijn ze bereid heel veel van hun leidinggevende te tolereren.” Daarnaast is er ook een groep van mensen die een sadistische baas eigenlijk wel prettig vinden. “Mensen die het best gedijen in een onderdanige, masochistische rol,” aldus Kets de Vries.


We vragen de andere specialist en bestseller-auteur Joep Schrijvers of hij zich in deze stelling kan vinden. “Er zijn inderdaad mensen die het heerlijk vinden om opgedragen te krijgen wat ze moeten doen. De achterliggende verklaring hiervoor is de behoefte aan bescherming en angst voor zelfstandigheid. In ruil voor rust en veiligheid van de leidinggevende wordt verwacht dat ze gehoorzamen.”
Dat vrouwen gevoeliger zouden zijn voor intimidatie en makkelijker meegaan met de ideeën van een tiran, is een stelling die Kets de Vries niet onderschrijft. “Ik zou niet durven zeggen dat vrouwen makkelijker zijn dan mannen. Dat gaat naar mijn idee gelijk op.” Joep Schrijvers steunt deze opvatting: “Er zijn heel veel normale vrouwen, die daar absoluut niet in meegaan. Dat wil niet zeggen dat sommige vrouwen niet gevoelig zijn voor machtige mannen, maar dat is meer een hormonale kwestie. Vrouwen die graag delen in macht en status. En er zijn voldoende mannen aan de top die daar goed gebruik van maken. Bill Clinton en Jacques Chirac, presidenten die er een of meerdere minnaressen op nahielden, zijn hier goede voorbeelden van.”
Een narcistische leider heeft zelf weinig last van zijn gedrag. Dat geldt helaas niet voor de organisatie of de medewerkers. Hij of zij deinst er niet voor terug om medewerkers publiekelijk af te branden, onder druk te zetten, tegen elkaar uit te spelen of onmogelijke opdrachten te geven. Psychotherapeute en jurist Carien Karsten vertelde ooit in een interview twintig mensen onder behandeling te hebben die volledig kapot waren gemaakt door hun baas. “Een van mijn patiënten werd door haar baas op een bedrijfsfeest als volgt aangesproken: ‘Je kunt wel een mooi smoeltje hebben, maar dat betekent niet dat je echt iets kunt’.”


Kets de Vries: “Dat is typisch Nederlands. Toen ik nog jong was en in Nederland woonde, dat is nu vele jaren geleden, stonden Nederland en Portugal boven aan de lijst van landen waar vrouwen het meest onderdrukt werden. Het respect voor de Nederlandse vrouw is ondertussen al wel beter geworden, maar nog steeds niet zoals het zou moeten zijn.” Daarbij liet Karsten in het eerdergenoemde interview weten dat tirannie volgens haar vaak het gevolg is van twijfel over het eigen functioneren en onzekerheid of het leiderschap wel wordt getolereerd. Kets de Vries sluit zich hierbij aan: “Niet alleen bij Shaka Zoeloe maar ook bij Hitler en Stalin ging een enorme onzekerheid schuil achter hun narcisme.” Schrijvers heeft enige twijfel bij deze conclusie: “Of dat onzekerheid is weet ik niet, ik denk eerder afhankelijkheid. Aandacht en applaus staan centraal in het leven van een narcist. Hij of zij is voortdurend op zoek naar bevestiging omdat hij niet in staat is zichzelf een schouderklopje te geven.”
Ook in het Nederlandse bedrijfsleven zijn er medewerkers die gebukt gaan onder het regime van een narcistische leider. “Een voorbeeld? Dat is lastig. Pim Fortuyn komt denk ik wel aardig in de buurt,” aldus Schrijvers. “Even los van de politieke inhoud is hij een schoolvoorbeeld van een narcistische leider, met zijn twee kleine hondjes, butler en limousine. Eigenlijk is elke directeur of ondernemer die in een Hummer rijdt en regelmatig op televisie is een goede kandidaat voor de shortlist.” Verder dan het fluisteren van een aantal andere kandidaten voor de shortlist, zoals Erik de Vlieger, Harry Mens, John de Mol, Nina Brink, Martin Schröder en Robert Moszkovicz, komen we niet. Daar praat men liever niet hardop over. Angst, angst, angst. En zo blijft de vicieuze cirkel hermetisch gesloten.

 

Despotisme
Dit is een regeringsvorm waarbij één persoon (de despoot) of een kleine groep personen absolute macht heeft, die naar willekeur kan worden toegepast. Het gaat hier dus om een autocratie of oligarchie in een totalitaire staat, gelijk aan een tirannie of dictatuur. Er is geen mogelijkheid voor discussie, er is geen volksvertegenwoordiging en er zijn geen politieke partijen: kritiek en verzet worden genadeloos afgestraft.

Stockholmsyndroom
De benaming komt van de Norrmalmstorg-overval op de Kreditbanken aan het Norrmalmstorg in Stockholm en de
daaropvolgende gijzeling van 23 tot 28 augustus 1973. De gegijzelden namen het voor hun gijzelnemers op, zelfs nog ná de zesdaagse gijzeling. Tijdens de verhoren hielden ze zich in ten voordele van de gijzelnemers. De criminoloog en psycholoog Nils Bejerot, die de politie toen bijstond, gaf uiteindelijk de naam aan dit verschijnsel. Aangenomen wordt dat het stockholmsyndroom tot ontwikkeling kan komen in een omstandigheid waar de gijzelnemer absolute controle over de gegijzelde kan uitoefenen en binnen die absolute controle voorziet in de basisbehoeften van het slachtoffer, bijvoorbeeld door het geven van voedsel of beschutting. Voor buitenstaanders is dit een paradoxale situatie, omdat het ook de gegijzelde bekend is dat hij zich in een afhankelijke situatie bevindt als gevolg van de acties van de gijzelnemer.

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Narcisme
Een ervaringstoestand waarin uitsluitend de persoon zelf, zijn lichaam, zijn gevoelens, zijn gedachten, zijn bezittingen, alles en iedereen dat met hem te maken heeft, als volkomen echt wordt beschouwd en alles wat geen deel van deze persoon uitmaakt of geen voorwerp van zijn behoeften is, als oninteressant en niet volkomen echt wordt gezien. De narcist beleeft deze externe aspecten alleen op intellectueel niveau, op affectief niveau ontberen ze kleur en gewicht. Afhankelijk van de mate waarin iemand narcistisch is, hanteert hij een dubbele perceptiestandaard. Alleen hij en wat met hem te maken heeft is belangrijk, terwijl de rest van de wereld min of meer kleur- en gewichtloos is. Als gevolg van deze dubbele standaard vertoont de narcistische mens ernstige beoordelingsgebreken en mist hij het vermogen tot objectiviteit.
(Erich Fromm, 1973) Hedendaagse dictators

Ilham Aliyev van Azerbeidzjan sinds 2003 Bashar al-Assad van Syrië sinds 2000 Omar Bongo van Gabon sinds 1967 Fidel Castro van Cuba sinds 1958 Kim Jong Il van Noord-Korea sinds 1994 Moammar al-Qadhafi van Libië sinds 1970 Robert Mugabe van Zimbabwe sinds 1980 Hosni Moebarak van Egypte sinds 1981 Islam Karimov van Oezbekistan sinds 1990 Teodoro Obiang Nguema van Equatoriaal-Guinea sinds 1979 Khamtai Siphandon van Laos sinds 1991 Hamad bin Khalifa al-Thani van Qatar Qabus bin Said al-Said van Oman sinds 1970 Omar Hasan Ahmad al-Bashir van Soedan sinds 1993 Paul Biya van Kameroen sinds 1982 Than Shwe van Birma sinds 1992 Noersoeltan Nasarbajev van Kazachstan sinds 1990 Saparmurad Niazov van Turkmenistan sinds 1990 tot zijn overlijden in 2006 Jigme Singye Wangchuck van Bhutan sinds 1974