Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Jan Baan: ‘We staan aan vooravond van een nieuw tijdperk’

Ondernemer Jan Baan viel diep, maar krabbelde ook weer op. Als chairman van de Vanenburg Group richt hij zich nu op de kansen van Smart Industry.

Ondernemer Jan Baan viel diep, maar krabbelde ook weer op. Als chairman van de Vanenburg Group richt hij zich nu op de kansen van Smart Industry. Wie het lange cv van Jan Baan bekijkt, kan niet anders dan onder de indruk zijn van de staat van dienst van de van oorsprong Puttense ondernemer; al ruim 35 jaar is hij werkzaam op het snijvlak van software en bedrijfsoptimalisatie. Boven alles is zijn naam verbonden aan het naar hem genoemde softwarebedrijf Baan, dat in de jaren 90 tot grote hoogten steeg. Stormachtig ontwikkeld Jarenlang gold het Nederlandse IT-bedrijf Baan (het geesteskind van de streng gelovige broers Jan en Paul Baan uit Putten) als een van de belangrijkste spelers op het gebied van ERP-software. Nadat het bedrijf in 1995 een notering kreeg aan de Amsterdamse beurs en aan de Amerikaanse technologiebeurs Nasdaq, ontwikkelde de beurswaarde van het bedrijf zich stormachtig tot bijna 20 miljard gulden. Na geruchten over kunstmatig verhoogde verkoopcijfers stortte het Baan-imperium eind jaren 90 echter snel ineen. Eind 2007 oordeelde de rechter dat er geen boekhoudregels waren overtreden, maar het kwaad was toen al lang geschied. Wakker schudden Baan is inmiddels weer aardig opgekrabbeld. Hij leidt nu de Vanenburg Groep, opnieuw een softwarebedrijf. En op 18 februari is hij een van de sprekers tijdens de Dutch Industry Experience, een inspiratiesessie rond de rol van informatietechnologie binnen maakbedrijven. Baans voornaamste doel tijdens die en andere lezingen? Nederlandse ceo’s van maakbedrijven wakker schudden en hen meenemen in de mogelijkheden van de nieuwste digitale technologie. ‘Om bij het begin te beginnen: nog steeds werkt het gros van de Nederlandse bedrijven op IT-gebied, zonder dat ze zich daarvan bewust zijn, volgens verouderde technologie. Natuurlijk zijn er de afgelopen decennia tal van veranderingen doorgevoerd, maar door de bank genomen werken de ERP-pakketten van leveranciers als SAP, Oracle en ook mijn eigen Baan nog steeds op basis van software uit de jaren 70 en 80.’ Proeftuin Tegelijkertijd gaan de ontwikkelingen op allerlei fronten enorm snel, schetst Baan. ‘Je kunt je bijna geen wereld zonder smartphone meer voorstellen, maar in feite zijn het kleine supercomputers die moeiteloos in je broekzak passen – iets wat bijna onvoorstelbaar is als je terugdenkt aan de soms kamervullende systemen van vroeger. Een techniek als 3D-printing stelt ons in staat om onderdelen die we eerst uit andere werelddelen moesten halen – met alle lange levertijden van dien – zelf snel en dichtbij huis te produceren. En het internet of things koppelt mensen, machines en processen aan elkaar. Ik zeg wel eens dat ICT tegenwoordig staat voor Informatie, Collaboratie en Telefonie; de mogelijkheden om met elkaar te communiceren en samen te werken zijn exponentieel toegenomen.’ Fokker 4.0 Dat biedt allerlei kansen, schetst Baan. Als voorbeeld noemt hij Fokker 4.0, de Smart Industry-pilot die de fabrikant van vliegtuigonderdelen momenteel heeft opgezet in samenwerking met onder meer KPN en Baans eigen Vanenburg Software. ‘De gehele productie wordt gedigitaliseerd, waarbij producten realtime traceerbaar zijn. Alle data worden gecombineerd om processen te verbeteren en efficiënter te maken. En doordat alle partijen met elkaar in verbinding staan, komt dat de efficiency van het proces ten goede.’ Assemblage Alle kansen ten spijt richten de meeste maakbedrijven zich volgens Baan nog steeds vooral op hun primaire proces: de assemblage. ‘Steeds meer bedrijven halen delen van hun productie terug uit landen als China omdat de voortschrijdende automatisering hen in staat stelt om efficiënter en goedkoper te werken. Tegelijkertijd zal juist het productieproces zélf hierdoor in de toekomst relatief minder belangrijk worden; als iedereen snel werkt, is dat nauwelijks nog onderscheidend.’ Als iedereen snel werkt, is dat nauwelijks nog onderscheidend.’ Service wint aan gewicht Daarmee zal service in de nabije toekomst enorm aan gewicht winnen, voorspelt Baan. ‘Zo biedt de combinatie van allerlei nieuwe technologieën volop mogelijkheden voor predicatieve maintenance: apparaten die zélf aangeven wanneer ze toe zijn aan een onderhoudsbeurt. Voor maakbedrijven is het erg belangrijk dat ze op het scharnierpunt komen te zitten van assemblage en service-industrie.' Open karakter Volgens Baan heeft júist de Nederlandse maakindustrie het vermogen om een voorloper te worden als het gaat om dit soort ontwikkelingen. ‘Innovatie en onafhankelijke denkkracht zitten diep verankerd in ons nationale DNA. Dat heeft ons geen windeieren gelegd, kijk alleen maar naar wereldwijd succesvolle sectoren als de landbouw en watertechnologie. In vergelijking met ‘grote broer’ Duitsland is onze uitgangspositie uitstekend. Natuurlijk heeft dat land ijzersterke producten en merken voortgebracht. Maar de maakindustrie is er gesloten en conservatief en denkt vooral in oude oplossingen; de 21ste eeuw heeft zijn intrede er nog nauwelijks gedaan. Juist de Nederlandse industrie, met zijn open en nieuwsgierige karakter, heeft het vermogen om uit te groeien tot een koploper op het gebied van smart industry.’ In vergelijking met ‘grote broer’ Duitsland is onze uitgangspositie uitstekend.' Koudwatervrees Tegelijkertijd constateert Baan dat er bij veel Nederlandse CEO’s nog steeds koudwatervrees bestaat als het gaat om het radicaal vernieuwen van hun business. ‘In deze tijd is het vooral belangrijk dat je het lef hebt om out of the box te denken. Als ik naar mezelf kijk: in retrospectief is mijn vertrek uit de ‘oude’ wereld van ERP-systemen, aan het eind van de vorige eeuw, een voordeel geweest. Nog steeds spreek ik de taal van die wereld, maar omdat ik er geen deel meer van uitmaak heb ik mijn oude denkwijzen en overtuigingen kunnen koppelen aan de nieuwe wereld waarin de supply chain centraal staat.' Onafhankelijk 'Nu sta ik aan het hoofd van een relatief klein bedrijf, met minder dan 100 medewerkers, onafhankelijk van welke partij dan ook. En natuurlijk heb ik indertijd veel over me heen gehad, maar tegelijkertijd heeft die affaire me wereldwijde bekendheid opgeleverd – iets waar ik nu inmiddels de vruchten van pluk.’ Baan ziet de toekomst dan ook vol optimisme tegemoet. ‘We staan aan de vooravond van een geheel nieuw tijdperk, een nieuwe industriële revolutie. Ceo’s zouden wel gek zijn als ze daar geen deel van willen uitmaken.’ Natuurlijk heb ik indertijd veel over me heen gehad, maar tegelijkertijd heeft die affaire me wereldwijde bekendheid opgeleverd' Jan Baan horen spreken? Dat kan op 18 februari, op Kasteel De Vanenburg, in Putten, tijdens de Dutch Industry Experience

Ondernemer Jan Baan viel diep, maar krabbelde ook weer op. Als chairman van de Vanenburg Group richt hij zich nu op de kansen van Smart Industry.

Wie het lange cv van Jan Baan bekijkt, kan niet anders dan onder de indruk zijn van de staat van dienst van de van oorsprong Puttense ondernemer; al ruim 35 jaar is hij werkzaam op het snijvlak van software en bedrijfsoptimalisatie. Boven alles is zijn naam verbonden aan het naar hem genoemde softwarebedrijf Baan, dat in de jaren 90 tot grote hoogten steeg.

Stormachtig ontwikkeld

Jarenlang gold het Nederlandse IT-bedrijf Baan (het geesteskind van de streng gelovige broers Jan en Paul Baan uit Putten) als een van de belangrijkste spelers op het gebied van ERP-software. Nadat het bedrijf in 1995 een notering kreeg aan de Amsterdamse beurs en aan de Amerikaanse technologiebeurs Nasdaq, ontwikkelde de beurswaarde van het bedrijf zich stormachtig tot bijna 20 miljard gulden. Na geruchten over kunstmatig verhoogde verkoopcijfers stortte het Baan-imperium eind jaren 90 echter snel ineen. Eind 2007 oordeelde de rechter dat er geen boekhoudregels waren overtreden, maar het kwaad was toen al lang geschied.

Wakker schudden

Baan is inmiddels weer aardig opgekrabbeld. Hij leidt nu de Vanenburg Groep, opnieuw een softwarebedrijf. En op 18 februari is hij een van de sprekers tijdens de Dutch Industry Experience, een inspiratiesessie rond de rol van informatietechnologie binnen maakbedrijven. Baans voornaamste doel tijdens die en andere lezingen? Nederlandse ceo’s van maakbedrijven wakker schudden en hen meenemen in de mogelijkheden van de nieuwste digitale technologie. ‘Om bij het begin te beginnen: nog steeds werkt het gros van de Nederlandse bedrijven op IT-gebied, zonder dat ze zich daarvan bewust zijn, volgens verouderde technologie. Natuurlijk zijn er de afgelopen decennia tal van veranderingen doorgevoerd, maar door de bank genomen werken de ERP-pakketten van leveranciers als SAP, Oracle en ook mijn eigen Baan nog steeds op basis van software uit de jaren 70 en 80.’

Proeftuin

Tegelijkertijd gaan de ontwikkelingen op allerlei fronten enorm snel, schetst Baan. ‘Je kunt je bijna geen wereld zonder smartphone meer voorstellen, maar in feite zijn het kleine supercomputers die moeiteloos in je broekzak passen – iets wat bijna onvoorstelbaar is als je terugdenkt aan de soms kamervullende systemen van vroeger. Een techniek als 3D-printing stelt ons in staat om onderdelen die we eerst uit andere werelddelen moesten halen – met alle lange levertijden van dien – zelf snel en dichtbij huis te produceren. En het internet of things koppelt mensen, machines en processen aan elkaar. Ik zeg wel eens dat ICT tegenwoordig staat voor Informatie, Collaboratie en Telefonie; de mogelijkheden om met elkaar te communiceren en samen te werken zijn exponentieel toegenomen.’

Fokker 4.0

Dat biedt allerlei kansen, schetst Baan. Als voorbeeld noemt hij Fokker 4.0, de Smart Industry-pilot die de fabrikant van vliegtuigonderdelen momenteel heeft opgezet in samenwerking met onder meer KPN en Baans eigen Vanenburg Software. ‘De gehele productie wordt gedigitaliseerd, waarbij producten realtime traceerbaar zijn. Alle data worden gecombineerd om processen te verbeteren en efficiënter te maken. En doordat alle partijen met elkaar in verbinding staan, komt dat de efficiency van het proces ten goede.’

Assemblage

Alle kansen ten spijt richten de meeste maakbedrijven zich volgens Baan nog steeds vooral op hun primaire proces: de assemblage. ‘Steeds meer bedrijven halen delen van hun productie terug uit landen als China omdat de voortschrijdende automatisering hen in staat stelt om efficiënter en goedkoper te werken. Tegelijkertijd zal juist het productieproces zélf hierdoor in de toekomst relatief minder belangrijk worden; als iedereen snel werkt, is dat nauwelijks nog onderscheidend.’

Als iedereen snel werkt, is dat nauwelijks nog onderscheidend.’

Service wint aan gewicht

Daarmee zal service in de nabije toekomst enorm aan gewicht winnen, voorspelt Baan. ‘Zo biedt de combinatie van allerlei nieuwe technologieën volop mogelijkheden voor predicatieve maintenance: apparaten die zélf aangeven wanneer ze toe zijn aan een onderhoudsbeurt. Voor maakbedrijven is het erg belangrijk dat ze op het scharnierpunt komen te zitten van assemblage en service-industrie.’

Open karakter

Volgens Baan heeft júist de Nederlandse maakindustrie het vermogen om een voorloper te worden als het gaat om dit soort ontwikkelingen. ‘Innovatie en onafhankelijke denkkracht zitten diep verankerd in ons nationale DNA. Dat heeft ons geen windeieren gelegd, kijk alleen maar naar wereldwijd succesvolle sectoren als de landbouw en watertechnologie. In vergelijking met ‘grote broer’ Duitsland is onze uitgangspositie uitstekend. Natuurlijk heeft dat land ijzersterke producten en merken voortgebracht. Maar de maakindustrie is er gesloten en conservatief en denkt vooral in oude oplossingen; de 21ste eeuw heeft zijn intrede er nog nauwelijks gedaan. Juist de Nederlandse industrie, met zijn open en nieuwsgierige karakter, heeft het vermogen om uit te groeien tot een koploper op het gebied van smart industry.’

In vergelijking met ‘grote broer’ Duitsland is onze uitgangspositie uitstekend.’

Koudwatervrees

Tegelijkertijd constateert Baan dat er bij veel Nederlandse CEO’s nog steeds koudwatervrees bestaat als het gaat om het radicaal vernieuwen van hun business. ‘In deze tijd is het vooral belangrijk dat je het lef hebt om out of the box te denken. Als ik naar mezelf kijk: in retrospectief is mijn vertrek uit de ‘oude’ wereld van ERP-systemen, aan het eind van de vorige eeuw, een voordeel geweest. Nog steeds spreek ik de taal van die wereld, maar omdat ik er geen deel meer van uitmaak heb ik mijn oude denkwijzen en overtuigingen kunnen koppelen aan de nieuwe wereld waarin de supply chain centraal staat.’

Onafhankelijk

‘Nu sta ik aan het hoofd van een relatief klein bedrijf, met minder dan 100 medewerkers, onafhankelijk van welke partij dan ook. En natuurlijk heb ik indertijd veel over me heen gehad, maar tegelijkertijd heeft die affaire me wereldwijde bekendheid opgeleverd – iets waar ik nu inmiddels de vruchten van pluk.’ Baan ziet de toekomst dan ook vol optimisme tegemoet. ‘We staan aan de vooravond van een geheel nieuw tijdperk, een nieuwe industriële revolutie. Ceo’s zouden wel gek zijn als ze daar geen deel van willen uitmaken.’

Wekelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Natuurlijk heb ik indertijd veel over me heen gehad, maar tegelijkertijd heeft die affaire me wereldwijde bekendheid opgeleverd’

Jan Baan horen spreken? Dat kan op 18 februari, op Kasteel De Vanenburg, in Putten, tijdens de Dutch Industry Experience.