Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Een nieuw Bretton Woods?

Deze week buigen 's werelds grootmachten, de G-20, zich over de financiële crisis. Maar een nieuwe economische wereldorde zit er niet in.

  

In 1944, terwijl de Tweede Wereldoorlog een einde maakte aan de Grote Depressie, kwamen de geallieerden bijeen in Bretton Woods in New Hampshire om een nieuwe internationale economische orde te ontwerpen. Die zou herhaling van zo'n destructieve wereldcrisis moeten voorkomen. Eén van de initiatiefnemers en inspirator was de grote Britse econoom John Maynard Keynes, die had ingezien dat de als financiële crisis begonnen depressie vooral te wijten was aan inzakkende bestedingen.

Bretton Woods resulteerde in de oprichting van het Internationaal Monetair Fonds. Het IMF moest de stabiliteit van het internationale betalingsverkeer waarborgen door landen in financiële problemen noodleningen te verstrekken. Zo zou een spiraal van bezuinigingen en devaluaties worden voorkomen. Tegelijk werd de Wereldbank opgericht, voor de financiering van de wederopbouw (en later de ontwikkeling van nieuwe landen).

Waarom zou er nu dan een nieuw Bretton Woods nodig zijn? Omdat het IMF, waar de westerse landen de dienst bleven uitmaken, zijn missie vergat. Landen met betalingsbalanstekorten (nu vooral in Azië, Latijns Amerika en Afrika) kregen geen hulp om hun bestedingen op peil te houden maar werden, ongeacht oorzaken of omstandigheden, gedwongen de broekriem aan te halen, vooral ten bate van westerse schuldeisers.

Nu er opnieuw een wereldwijde crisis is uitgebroken, wil de G-20 dat het Fonds extra middelen krijgt om alsnog de mondiale vraaguitval te bestrijden. Maar toen iedereen afhankelijk was van de Verenigde Staten en hun almachtige dollar, kon het IMF inderdaad de centrale bank van de wereld zijn; nu kan het Fonds alleen individuele, zwakke landen steunen. Rijke landen ‘kunnen zelf geld bijdrukken', zoals de Nederlandse IMF-vertegenwoordiger Age Bakker zegt. (De Amerikaanse Fed en de Bank of England doen dat al, door de overheid geld te lenen tegen een symbolische rente).

Harvard-econoom Kenneth Rogoff heeft een goede suggestie: het Fonds zou ook overschotlanden op hun gedrag moeten aanspreken. Want de financiële zeepbel was net zozeer te wijten aan de stortvloed aan overtollige dollars uit China, Japan en de olielanden als aan de geldroes van westerse bankiers en beleggers.

Ed Lof is econoom en publicist