Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

4 x maatschappelijk betrokken en toch commercieel

Hoe geef je invulling aan maatschappelijke betrokkenheid zonder commerciële belangen uit het oog te verliezen? 4 voorbeelden.

#1. Telecomprovider Voys heeft geen managers

Voys onderscheidt zich door het ontbreken van een organisatiestructuur. De op de zakelijke markt gerichte telecomprovider is een bedrijf zonder managers en zonder vast omschreven functies. Voys-medewerkers zijn vrij om, onder randvoorwaarden, zelf projecten op te starten of taken naar zich toe te trekken. Voys gaat er vanuit dat medewerkers groeien als ze het vertrouwen krijgen om zelf beslissingen te nemen. Ze ontwikkelen nieuwe competenties, leiderschapskwaliteiten en verantwoordelijkheidsgevoel. Oprichter Mark Vletter (foto hieronder): ‘Flexibele rollen in plaats van vaste functies maken mensen blijer en de organisatie meer zelfredzaam. We willen elke dag één procent beter presteren.’

Mark Vletter van VoysZijn aanpak lijkt te werken. Het bedrijf heeft sinds de oprichting in 2006 elk jaar de omzet, het aantal klanten en het aantal medewerkers zien verdubbelen. Inmiddels draait Voys een omzet van een kleine drie miljoen euro en werken er ongeveer dertig mensen. Vletter zelf is alleen op dinsdag en donderdag op kantoor, en dat zijn ook de enige dagen dat hij zijn e-mail leest. ‘Onze medewerkers hebben geen ‘baas op kantoor’ nodig. Ik denk zelfs dat het hun persoonlijke groei beperkt. Als ik er niet ben, nemen mijn collega’s zelf beslissingen. Dat maakt hen sterker en Voys tot een beter bedrijf.’

De zelfstandigheid en zelfredzaamheid die Voys stimuleert, vertaalt zich ook in het beoordelingssysteem. ‘Collega’s beoordelen elkaar op competenties. Daarnaast beoordelen mensen zichzelf op hun prestaties in het afgelopen jaar. Dat kunnen dus ook projecten zijn die je naast je kerntaken doet.’ Die laatste beoordeling is gekoppeld aan het salaris. Presteer je goed, dan kun je binnen je salarisschaal meer gaan verdienen. Dat leidt volgens Vletter niet tot exorbitante looneisen. ‘De meeste mensen weten goed wat ze hebben gepresteerd. Ze zijn eerder te bescheiden dan dat ze zichzelf overschatten.’

#2. De Hoop Werkvisie helpt iedereen aan het werk

De Hoop Werkvisie

De Hoop Werkvisie is een groep leerwerkbedrijven waar onder meer ex-verslaafden een opleiding volgen en werkervaring opdoen. Naast een grafisch centrum is er een boekwinkel, een bouw- en schildersbedrijf en een callcenter. Directeur Han van den Boogaart: ‘Ons doel is mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een eerlijke kans op werk en inkomen te bieden.’ In de leerwerkbedrijven van De Hoop kunnen ‘gasten’, zoals ze de cliënten noemen, geleidelijk wennen aan het arbeidsproces. Het grote verschil met sociale werkplaatsen: bij De Hoop is alles gericht op doorstroming naar regulier werk.

De Hoop beschikt over een uitgebreid netwerk van bevriende bedrijven die gasten na hun behandeling en leerwerktraject een baan kunnen bieden. Sommige bedrijven worden ‘Zakenvriend van De Hoop’ en bieden financiële ondersteuning. De drukkerij heeft daarnaast klanten die door samenwerking met De Hoop invulling geven aan hun maatschappelijke betrokkenheid. ‘Aidtrade’, noemt Han van den Boogaart dat. ‘Veel bedrijven beperken hun MVO-beleid tot de P van Planet. Ondernemers vinden de P van People wel belangrijk, maar in de praktijk moeilijk inpasbaar. Ze vinden een oplossing door hun drukwerk aan ons uit te besteden.’

De Hoop werkt vanuit een christelijke grondslag. Medewerkers moeten een christelijke achtergrond hebben, de gasten zijn vrij om te geloven wat ze willen. Pellikaan: ‘Het belangrijkste is dat we zelf leven en werken vanuit ons geloof. Natuurlijk staan we open voor een gesprek hierover. Het gaat erom  mensen een nieuwe kans te geven. Dát is voor mij maatschappelijk verantwoord ondernemen.’

#3. Attent werkt met verstandelijk gehandicapten

Attent werkt met arbeidsgehandicapten

Terwijl de grote supermarktketens de afgelopen decennia wegtrokken uit de kleine kernen, zocht Attent de dorpen en wijken juist op. Formulemanager Sjaak Penning: ‘De vraag is enorm. Uit onderzoek blijkt dat de meeste mensen het belangrijker vinden een supermarkt in de buurt te hebben dan een huisarts. Attent wil een echte buurtsuper zijn, dichtbij de klant en betrokken bij de gemeenschap. Maar je moet inventief zijn om zo’n formule rendabel te maken.’ Attent vond de oplossing door samen te werken met mensen met een verstandelijke beperking.

Attent probeert samen met gemeenten, woningcorporaties en stichtingen ook in kernen van 1.000 tot 2.500 inwoners buurtsupers open te houden. In een aantal van die winkels spelen medewerkers met een beperking een belangrijke rol. Penning: ‘Het is een kwestie van krachten bundelen. De winkels worden gerund door franchise­nemers, SPAR biedt ze de mogelijkheid in kleine hoeveelheden in te kopen, en een lokale stichting regelt medewerkers plus begeleiders.’
De medewerkers vanuit de stichtingen hebben een ‘indicatie’, wat betekent dat ze een uitkering uit de AWBZ of de Wajong ontvangen. Ook hun begeleiders worden betaald uit de AWBZ. Geld dat vroeger naar de dagopvang ging, wordt nu gebruikt om mensen werk te geven en de buurtsuper draaiende te houden.

=> Lees het volledige verhaal over Attent

#4. Viafrica bouwt een IT-infrastructuur in Afrika

Viafrica

Joost Dam stelde zichzelf geen makkelijk doel toen hij 10 jaar geleden Viafrica opzette, een BV die in Afrika een IT-infrastructuur wil opbouwen zonder voor Sinterklaas te spelen. Inmiddels heeft de sociale onderneming meer dan 200 scholen in Tanzania, Kenia en Sierra Leone van computerlokalen voorzien. Niet door computers weg te geven, maar door ze tegen een gereduceerd tarief aan te bieden en vervolgens drie jaar training, beheer en onderhoud te verzorgen. Tegen betaling. ‘Ik geloof dat je ontwikkelingslanden het best helpt door je te richten op de middenklasse’, legt Dam uit.

Wekelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Viafrica bestaat in Nederland uit een BV en een stichting. Er zijn enkele betaalde krachten en een groep vrijwilligers. Deze ontwikkelen e-learningprogramma’s en zorgen voor de website, social media en de boekhouding. De BV zorgt onder meer voor de in- en verkoop van een pc-donatieproject in Nederland, waarbij oude hardware wordt ontmanteld en vervolgens in onderdelen wordt doorverkocht. Bedrijven die hun oude hardware kwijt willen, kunnen die door Viafrica op een veilige en duurzame manier laten ophalen en verwerken. De verkoopopbrengsten worden in projecten in Afrika gestoken. Afgeschreven pc’s naar Afrika brengen gebeurt nauwelijks (meer), omdat dat logistiek lastig is.

Scholen krijgen de computers niet ­zo­maar, ze moeten eerst zelf investeren in de voorbereiding. ‘Voordat wij leveren, zorgen zij voor elektriciteit, geschikt meubilair en beveiliging, zoals tralies voor de ramen. Daarnaast vragen we een bijdrage in de kosten. De volledige kostprijs doorberekenen is niet haalbaar, maar we eisen dat ze een kwart zelf betalen. Zo schep je een gezonde relatie tussen leverancier en klant. Als scholen niet tevreden zijn over de dienstverlening kunnen ze ons daarop aanspreken. En door een bijdrage te vragen, hebben wij de garantie dat de school werkelijk betrokken is’, licht Dam toe. Het bedrijf draait momenteel een omzet van ongeveer een half miljoen euro, waarvan iets meer dan de helft afkomstig is van de pc-donaties. De rest wordt verdiend door de lokale kantoren in Afrika.