Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Deze patronen zitten betere samenwerking in de weg

Een team beter laten samenwerken, begint met patronen doorzien. Je moet bepalen wat verkeerd gaat, voordat je het gedrag kunt veranderen.

'1 keer is toeval, 2 keer is opmerkelijk, 3 keer is een patroon.' Ik leerde deze regel ooit van coach en auteur Marijke Lingsma en heb er nog dagelijks veel plezier van.

Patronen doorzien

Bij het kijken naar teams is het leerzaam om de patronen te doorzien. Een patroon dat ik laatst in een team zag was de wens om elkaar aan te spreken en tegelijkertijd de angst om dat vervolgens ook echt te doen. Ik was gevraagd om juist dit patroon te helpen doorbreken. Echter, elke keer als iemand op het punt stond een ander ergens op aan te spreken, kwamen er opmerkingen als: 'Nou ja, ik heb er zelf geen last van' en: 'Hier is het wat raar om te doen, in de werksituatie doe ik het echt wel als ik er last van heb'. Na dit meer dan 3 keer te hebben gezien en gehoord, gooide ik dit thema in de groep: de neiging om te bagatelliseren. 'Ik denk dat jullie nog niet durven', was mijn niet zo subtiele interventie.  En dat was nou net het duwtje dat ze nodig hadden om het wel echt aan te gaan met elkaar…

Naar leiders blijven kijken

Een ander veelvoorkomend patroon is om naar de leider te blijven kijken. En vaak volgt de leider deze oproep feilloos door bijvoorbeeld antwoorden te geven of zelf extra hard te gaan werken. 'Ik snap niet dat mijn team niet wat meer eigen initiatief toont', verzuchtte laatst een manager na een slepende sessie. 'Ikke wel', zei ik. 'Ze hoeven helemaal niet, want jij regelt het toch wel en je lost het op. En dat weten ze.' Vervolgens hebben we het gehad over wat hij dan anders kon doen om het patroon te doorbreken. Zoals: eens een keer langer dan 5 ­­secon­den stil blijven, er opzettelijk niet zijn, meer vragen stellen. En zie, het gedrag veranderde.

Belangrijke aanwijzingen

Bij het inschatten in welke fase teams zich precies bevinden, zijn patronen belangrijke aanwijzingen. Welk gedrag zie je steeds terugkomen? Wat wordt er vaak en wat wordt er liever niet gezegd? Welke interactie komt veel voor? En ook: welke vergelijkbare reacties hebben de teamleden op de leider? Weten welke actie je moet ondernemen, begint dus met het herkennen van de aanwezige patronen. Incidenten zullen er altijd zijn, maar als je structureel iets wilt bereiken, moet je je vooral bewust zijn van wat steeds weer gebeurt. Pas dan kun je ervoor zorgen dat er ook een eind aan komt.

Beeld via Flickr.

Dit artikel komt uit de papieren editie van Management Team. Voortaan de eerste zijn die de nieuwste verhalen leest? Neem een abonnement.

Meer over teams?