Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Stop het rijkswaterhoofd!

Lijden en snijden. Dat is wat bedrijven al een poosje doen. Omzetten lopen terug, winsten smelten weg, banken vertikken het om nieuw krediet te verlenen. Maar, zo redeneert de optimist die ondernemer heet, het is allemaal van tijdelijke aard. Dit of volgend jaar breken wel weer betere tijden aan. Vast en zeker.

 

Ik heb er een hard hoofd in. Er staat namelijk nog een grote rekening open die uiteindelijk door burgers en – vooral – het particuliere bedrijfsleven moet worden betaald. De rekening van een overheid die almaar uitdijt en zich met zware schulden heeft overladen. Het huidige kabinet erkent dat de overheid minstens 30 à 40 miljard structureel moet bezuinigen. Structureel, dat betekent dus: ieder jaar. Alleen gelooft niemand dat deze zwalkende bewindsploeg de moed en daadkracht kan opbrengen voor het nemen van rigoureuze maatregelen. En dat is jammer. Want de noodzaak van ingrijpen wordt pijnlijk geïllustreerd door de alarmerende groei van het aantal overheidsbanen.

Statistieken van het CBS liegen niet. Ze laten zien dat het aantal banen in de zakelijke dienstverlening tussen oktober 2008 en oktober 2009 met liefst 6,3 procent terugliep en dat ook de werkgelegenheid in de industrie, de financiële wereld, de bouw en de transportsector stevig afnam. Tegelijkertijd zwelde het aantal banen aan in welzijn, onderwijs, politie en openbaar bestuur. De zorgsector kende zelfs een plus van 2,7 procent. Dat het met de werkloosheid in Nederland meevalt, is dus louter te danken aan de recruteringsdrang van instellingen die met belasting- en premiegeld worden betaald.

De overheid lijdt aan een ernstige vorm van obesitas. En helaas is die ziekte niet van tijdelijke aard. Goede of slechte economische tijden, het maakt niet uit: de collectieve sector produceert onverdroten banen.  Tussen 1997 en 2009 bedroeg die groei gemiddeld bijna 3 procent per jaar. De sector zorg en welzijn alleen al creëerde in amper 10 jaar meer dan 400.000 (!) extra banen. Ook in het onderwijs, bij politie en gemeenten liep het onafgebroken storm op de afdelingen personeelszaken. En alle ‘efficiencyoperaties’ bij het Rijk hebben sinds begin jaren ’80 gefaald.

Toegegeven, voor het merendeel betreft de aanwas geen fulltimebanen. Toch baart het zorgen dat in een land dat officieel als markteconomie te boek staat ruim een op de drie werkenden bij de overheid op de loonlijst staat. Dan zwijg ik nog over de velen die de overheid als belangrijkste opdrachtgever hebben en de tienduizenden die – hopelijk tijdelijk – in dienst zijn van staatsbank ABN Amro. De uitdijende overheid is een alomtegenwoordig fenomeen. Twintig jaar geleden brak Rusland abrupt met de centraal geleide planeconomie en het communisme. Paradoxaal genoeg zijn ambtenarenapparaat, politiemacht en allerlei andere bureaucratie er anno 2010 omvangrijker dan ten tijde van de vermaledijde Sovjetstaat.
Rusland kan het zich echter permitteren. Het land heeft geen schulden, zwemt in de goud- en valutareserves, bulkt van de olie en het gas en laat burgers en bedrijven bescheiden belastingen betalen.

Nederland, dat is een ander verhaal. Dit land zit diep in de schulden, raakt door zijn aardgasreserves heen en de belastingdruk is zwaar. Forse krimp van de collectieve sector is daarom hoogstnoodzakelijk. Bedrijven hebben het al moeilijk zat. Het is onverantwoord om ze nog langer voor de overheid-met-het-waterhoofd te laten opdraaien.

Hans Crooijmans is een in bedrijfseconomie gespecialiseerde journalist en columnist. Hij werkt vanuit Moskou. Alle columns van Hans Crooijmans vindt u in het speciale online overzicht.