Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Bob en de brede werkgroep

Bob is divisiedirecteur van een groot concern. Hij doet zijn best. In deze aflevering blijkt een missie verzinnen nog niet eenvoudig.

VAN Bob
AAN Rutger
ONDERWERP Het nieuwe mission statement

Hoi Rutger,
Weet jij hoe het staat met ons nieuwe ­mission statement? Hoofd­kantoor vroeg er net naar en wees er ­fijntjes op dat we de ­enige divisie zijn die nog niets heeft ­geleverd, waarbij ze ook nog ­sarcastisch opmerkten: ‘Of hebben jullie als enige geen mission statement?’ ­Pijnlijk. Geef je me asap een update?
Bob

Hoi Bob,
Best flauw van Hoofdkantoor, want we zijn er nu drie maanden mee bezig en geloof me: we zitten echt niet stil. Onze projectgroep ‘Op weg naar een nieuw ­mission ­statement’ heeft eerst bij alle ­afdelingen informatie ­ingezameld en die hebben we allemaal bij elkaar geveegd en toen ­hadden we een stuk van 18.522 woorden. Dat is natuurlijk wat veel voor een ­mission statement, en toen ontstond er ook nog discussie over wat dat nou eigenlijk is, een mission statement, en gingen allerlei ­definities door elkaar lopen, dat vrat ­behoorlijk veel tijd, en door al dat gedoe bleek het ­conceptstuk ineens boven de 25.000 woorden uit te stijgen, wat Anton ­helemaal niet gek vond, volgens hem was lengte niet de norm, nou, zeiden we, ­volgens Hoofdkantoor anders wel, en toen begon hij een hele discussie waarom we altijd klakkeloos doen wat Hoofdkantoor wil, alsof die altijd de wijsheid in pacht ­hebben, en kwamen we na twee, drie keer ­vergaderen uit op een compromis van ­zo’n 10.000 woorden, vooral ook om ­Anton binnenboord te houden, en dat is nu ­eigenlijk zo’n beetje de stand van zaken. Kan Hoofdkantoor ­daarmee leven, denk je? Dat zou mooi zijn, want dan kunnen wij weer aan het werk.
Rutger

Beste Rutger,
Wat denk je zelf? Elke divisie komt met een mission statement van ruim onder de 300 woorden en wij – ook nog eens de ­allerkleinste – komen met een stuk van 10.000 woorden? Dan staan we compleet voor schut. Wie is die Anton trouwens?
Bob

Bob,
Anton is van Facility Management (ja, jij zei zelf dat het een bréde ­projectgroep moest worden), maar hij volgt een onlinecursus MBA, zodoende. Hij vraagt zich voortdurend af of het stuk wel ­voldoende perceptueel ­is en ­niemand die hem dan eigenlijk begrijpt, wat de boel trouwens ook nogal ophoudt.
Rutger

Rutger,
Luister: organiseer vanaf nu alleen nog vergaderingen op dagen dat je zeker weet dat die Anton er níet is. Anders sturen we hem wel op een of andere MBA-cursus, is dat wat, als oplossing? Maar zorg er in godsnaam voor dat er asap een mission statement komt, ónder de 300 woorden. Kom zeg, hoe moeilijk kan het zijn!
Bob

Bob,
Nou, wat ook wel meespeelt: dat is zo’n Sarah van F&A, die er van jou ook bij moest. Nou, die vraagt voortdurend wat nou eigenlijk de raison d’être is van onze divisie, ze vindt dat we eerst die raison d’être moeten vinden, voor we een ­mission statement kunnen formuleren. Kun je haar misschien ook op cursus sturen?
Rutger

Rutger,
Ik word hier zo moe van. Moet ik Hoofdkantoor melden dat we nog zoekende zijn naar onze raison d’être en onze identiteit? Wat denk je zelf, Rutger, wat ons mission statement is? ‘Onze missie bestaat uit het oprichten van vage projectgroepen die van elke uitdaging een probleem maken, waarbij tijd geen enkele rol speelt.’ Zullen we dit naar Hoofdkantoor sturen, Rutger?
Bob

Bob,
Nou zeg, je hoeft je niet op mij af te ­reageren, ik wou niet eens in die projectgroep, maar toen herhaalde je weer dat je een bréde projectgroep wilde. Denk je dat ik dit leuk vind allemaal?
Rutger

Rutger,
Sorry, ik liet me even gaan. Zijn Anton en Sarah de ergste?
Bob

Bob,
Je hebt ook nog Robert-Jan. Die vindt voortdurend dat we alles nog eens goed moeten laten bezinken.
Rutger

Rutger,
Jezus, wat een zooitje. Heb jij nog een ­oplossing?
Bob

Bob,
Is dit wat: ‘Onze missie is om nummer 1 te zijn in onze majeure markten en in die markten langetermijnrelaties op te ­bouwen met onze klanten waarbij cross selling cruciaal is.’ Hij is wel wat kort.
Rutger

Rutger,
Prima! Kort, dat vindt ­Hoofdkantoor juist intelligent. Ik stuur hem meteen door. En ga intussen gewoon door met die projectgroep, anders krijg je zo’n lullige situatie.
Bob

Meer Bob de manager: