Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Nooit meer handsfree

Aan zelf-rijdende auto's wordt al jaren gesleuteld, regelmatig strijden robotauto's zelfs tegen elkaar in de Darpa-challenge. Maar als Google ermee experimenteert, wordt het pas echt interessant.

Racen met auto's is heerlijk. Maar er is één wedstrijd, waar chauffeurs niet aan hun trekken komen: de Darpa Grand Challenge. Darpa, het machtige onderzoeksinstituut dat het Amerikaanse leger aan slim oorlogstuig moet helpen, schrijft jaarlijks de rallye uit voor voertuigen zonder bestuurder. Een helse klus is het om een auto door de woestijn te jagen zonder ingrepen van buitenaf. De meeste auto's rijden dan ook met een sukkelgangetje door het stof – als ze de finish al halen. In 2007 zette Darpa nog een tandje bij, met de Urban Challenge: een blokje om door de stad.

Google challenge

Behalve Stanford, MIT en andere super-tech-universiteiten is nu ook Google aan de slag gegaan met zelfrijdende wagens. Daarbij heeft het niet het wiel willen uitvinden: het huurde een paar Darpa-veteranen van Stanford om een Prius te robotiseren. Met video, radar en laser speurt die de weg af, onderwijl lurkend aan (GPS)-data die Google hem voert. De wagen heeft inmiddels flink wat rondjes op de openbare weg afgelegd in de omgeving van Google's hoofdkantoor in Mountain View: 140.000 mijlen, claimt Google zelf.

Nuttig?

Google heeft wel meer beta- en hobbyprojecten lopen, maar de vraag dringt zich wel op wat het nut is van een zelf-rijdende auto. Tot een op de weg toegelaten product zal het immers niet snel leiden. Sebastion Thrun, ontwikkelaar bij Google, legt het op zijn blog zelf even uit: "We willen verkeersongelukken helpen voorkomen, tijd vrijmaken voor mensen en de co2-emissie terugdringen door het autogebruik fundamenteel te veranderen." 

Dagelijks de nieuwsbrief van Management & Leiderschap ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Hier toert de robo-Prius door Californië: