Geen producten in de winkelwagen.
Disruptief denken en handelen is essentieel in de vierde industriële revolutie, zegt Ricardo Passchier van Software AG.
Richt een start-up op als binnen de bestaande bedrijfsvoering innoveren niet lukt. Dat is het advies van internetondernemer Willem Vermeend. Wil het veranderen dan nog niet lukken, richt dan een concurrerende 'kannibaal' op. Die maatregel is drastisch, maar volgens Vermeend nodig om het vastgelopen schip vlot te trekken in deze snel veranderende digitale wereld. In zijn nieuwe boek 'Internet of Things' geeft hij advies aan bedrijven die (te) bang zijn om te veranderen, terwijl dat broodnodig is in het huidige tijdperk van verbonden mensen, processen en dingen, dat wordt gezien als de vierde industriële revolutie.
Lees verder op MT.nl: Willem Vermeend: 'Angst om te veranderen? Richt een kannibaal op'
Vierde industriële revolutie
Het samensmelten van de fysieke en virtuele wereld, dat is (in het kort) waar de vierde industriële revolutie om draait. Tijdens het World Economic Forum in Davos is door de grote bedrijven en wereldleiders besproken wat de gevolgen zijn van deze technologische revolutie voor onder meer de maatschappij, het bedrijfsleven en de wereldwijde economie. Die veranderingen zullen enorm zijn voor de manier van werken en de productiviteit, maar het is onduidelijk of dat positief of negatief zal zijn. Het slotwoord bevatte niet voor niets het citaat over onze digitale toekomst: 'Er is nog nooit een grotere belofte geweest dan nu. Maar ook nog nooit een groter gevaar.'
Exponentiële veranderingen
Na de eerdere industriële revoluties gedreven door stoom, elektriciteit en automatisering is daar nu het 'internet of things'. Fysieke dingen worden meer en meer uitgerust met chips en sensoren, die op hun beurt in verbinding staan met digitale technologie. Zo ontstaan er datastromen. Die data kunnen worden geanalyseerd om zo klanten beter te bedienen, de kwaliteit van de dienstverlening te verhogen, de efficiency te verbeteren of nieuwe dienstverlening te ontwikkelen. Dit zorgt voor een enorme innovatie. Waar eerdere industriële revoluties vooral lineair verliepen, is dat bij de vierde exponentieel te noemen. De veranderingen volgen elkaar zo snel op dat bedrijven snel moeten inhaken op de veranderingen om te kunnen overleven.
Inhaalslag
In zijn nieuwe smartbook 'Internet of Things' beschrijft Willem Vermeend wat bedrijven moeten doen die bang zijn voor verandering. De voormalig staatssecretaris van Financiën en minister van Sociale Zaken stelt dat de Nederlandse industrie nieuwe technologietrends moet omarmen, omdat Nederland op innovatiegebied is ingehaald. Volgens Vermeend is 'investeren in technologie en digitalisering een vereiste om concurrerend en innoverend te blijven'.
Weerbarstige praktijk
De adviezen van Vermeend zijn dus zeer relevant, juist in een tijd waarin grenzen vervagen, de klant op zijn wenken bediend wil worden en makkelijk overstapt, en nieuwe toetreders in rap tempo marktaandeel veroveren. Dat snel inhaken op technologie en digitalisering is natuurlijk eenvoudig gesteld, maar in de praktijk blijkt dat vaak weerbarstiger. Bedrijven hebben namelijk in de loop der jaren een bepaalde manier van werken of cultuur ontwikkeld. Ze hebben daarnaast geïnvesteerd in systemen en technologie, maar het is moeilijk om met een traag veranderende IT-infrastructuur tegemoet te komen aan snel veranderende businessmodellen.
Waarom veranderen?
Om te kunnen overleven moeten bedrijven mee in dat tempo, maar de ervaring leert dat het een lastige horde is om interne ontwikkelcycli te versnellen. Niet zelden willen bedrijven hun oude werkwijze niet compleet overboord zetten, omdat dit onzekerheid betekent. Waarom processen aanpassen die niet stuk zijn? Dat inhaken op digitale veranderingen, zonder de huidige bedrijfsvoering te verstoren, brengt veel bedrijven in een spagaat. Organisaties moeten hun complete bedrijfsvoering opnieuw uitvinden, maar hoe doe je dat?
General Motors
Het is voor veel bedrijven moeilijk om een disruptieve mindset te creëren, maar het is wel nodig dat iedere organisatie goed nadenkt over haar technologiekeuzes en digitale strategie om in de toekomst bestaansrecht te houden. Een recent voorbeeld is General Motors (GM), een toonbeeld van de oude economie. Ooit was GM de grootste autofabrikant ter wereld en niets leek het bedrijf te kunnen raken. Toch kwam het bedrijf in het laatste decennium in zwaar vaarwater en stond het op het punt failliet te gaan. Staatssteun redde het bedrijf van de ondergang. Inmiddels krabbelt het bedrijf weer op en dat doet GM door goed te kijken naar marktontwikkelingen in de nieuwe economie.
Deelauto's
GM heeft aangekondigd een compleet nieuwe dienst met deelauto's in het leven te roepen. Het doorkruist zo zijn traditionele businessmodel en biedt tegelijkertijd het hoofd aan partijen als Uber, Lyft en zelfs Google, die het autofabrikanten – zonder gehinderd te worden door enige bagage – nog eens knap moeilijk kunnen maken als ze niet meegaan met trends als de deeleconomie, mobiliteitsdiensten en zelfrijdende auto’s. Overigens heeft GM met Lyft evengoed een samenwerkingsverband.
Uber en Lyft
De inhaalslag naar voorbeeldbedrijven als Uber, Lyft, maar bijvoorbeeld ook Airbnb en Alibaba kan niet ieder bedrijf meteen maken. Maar er is hoop. Bestaande bedrijven kunnen niet alleen succesvol zijn als ze een 'sexy start-up' zijn, bewijst GM. Alleen moet er wel een duidelijke visie en strategie zijn op de digitale transformatie. Structureel veranderen gaat tenslotte niet zomaar. Daar gaat een aantal jaren overheen, en vergt meerjarige transformatieprogramma's. Idealiter met kleine iteraties, snelle innovaties en veel experimenteren. Think big, fail fast.
Het is daarom belangrijk dat bedrijven nú handelen en de onzekerheid opzoeken, onderstreept ook Vermeend. Alleen als je nú snel reageert op korte termijn, garandeer je een bestaan op lange termijn.
Ricardo Passchier (@rpasschier) business solutions leader bij Software AG en heeft een passie voor digitale transformatie.
Bron plaatje: Siemens
